Ga naar de inhoud
Techweek

We zijn altijd online, maar hoe wérkt het internet eigenlijk?

Beeld © RTL/Chris Koenis

We gebruiken het bijna elke minuut van elke dag. Internet heeft de wereld veranderd, maar het gros van de mensen heeft geen idee hoe het precies werkt. Techredacteur Daniël Verlaan legt het uit.

'Tuuuduuuduuduu tuduuuduuu krschhhhhcchhchhhh'. Iedereen die ouder is dan 25 weet nog goed hoe het modem klonk als hij verbinding maakte met het internet. Je betaalde per seconde dat je op het web aan het surfen was.

Anno 2016 is de Nederlander altijd voor een vast bedrag online. Jongeren weten niet beter dan dat ze met hun telefoon of laptop altijd kunnen appen, posten en streamen.

Maar hoe werkt het internet eigenlijk?

Kabels

Stel: je woont in Haarlem en bent klant bij een internetprovider. Dan heb je in je huis een modem. Dit kastje, dat vaak ook je wifi-netwerk uitzendt, verbindt met een ondergrondse kabel naar een kastje in de buurt van jouw straat. Daar wordt het signaal opgepakt en versterkt, om vervolgens door te sturen naar een grotere wijkcentrale.

De meeste steden en dorpen zijn voorzien van verschillende wijkcentrales. Vanuit deze centrales ga je via de regionale ondergrondse internetkabels naar een grote stad. Meestal is het eindpunt Amsterdam, waar de internetprovider jouw binnenkomende connectie ziet. Daar wordt er een ip-adres aan jouw modem gekoppeld.

Thumbnail

Het internet bestaat uit heel, heel veel kabels (foto: RTL Z)

Hetzelfde geldt voor smartphones. In feite is mobiel internet gewoon bekabeld: je smartphone maakt verbinding met de dichtstbijzijnde antenne en wordt vervolgens gewoon via ondergrondse kabels het internet op gestuurd.

DNS

Zodra je computer of telefoon van een ip-adres wordt voorzien, kun je het internet op. Een ip-adres is een soort telefoonnummer van je apparaat en bestaat uit een reeks cijfers. "Computers werken namelijk graag met cijfers, maar mensen juist met woordjes", legt Erik Bais, oprichter van netwerkprovider A2B Internet, uit. 

Daarop is een oplossing verzonnen: het DNS-systeem, dat ook wel het telefoonboek van het internet wordt genoemd. Een DNS-server kijkt wel webadres bij welk ip-adres hoort en vice versa. Als je rtlz.nl intikt in de browser, koppelt een DNS-server het juiste ip hieraan: 54.228.194.208. Dan hoef je die ingewikkelde cijferreeksen niet te onthouden. 

"Normaal gesproken gebruik je de DNS-servers van je internetprovider, maar je kan ook die van Google gebruiken of een eigen DNS-server opzetten", aldus Bais. 

Even Googlen 

Stel: je wilt iets Googlen. Dan ga je in de browser naar Google.com. Je verzoek wordt dan vliegensvlug via de internetkabel naar de DNS-server van je internetprovider gestuurd. Die stuurt je door naar het juiste ip-adres. Uiteindelijk kom je bij een server van Google terecht die je zoekopdracht verwerkt.

Omdat Google duizenden servers in Nederland heeft staan, meestal direct aangesloten op de internetproviders, laden hun websites en diensten heel snel. Hoe korter het pad is dat je hoeft af te leggen, hoe sneller een website laadt.

BGP

Maar wat nu als een server niet in Nederland staat, maar bijvoorbeeld in Duitsland? Dan komt er een andere technologie in beeld: het border gateway protocol, afgekort tot BGP. Het BGP-systeem werkt grotendeels hetzelfde als het DNS-systeem. Maar in plaats van webadressen aan ip-adressen te koppelen, verbindt BGP ip-adressen aan netwerken.

Stel: je wilt een Duitse website bezoeken. Dan typ je het webadres in bij de browser, waarna de dns-server het bijbehorende ip-adres geeft. Het blijkt een ip-adres te zijn dat niet binnen het netwerk van Ziggo valt. Dan weet het BGP naar welk netwerk je moet worden gestuurd, bijvoorbeeld dat van een Duitse internetprovider.

Thumbnail

Eén van de datacentra van Equinix waar allerlei internetdiensten zijn gehuisvest (foto: ANP)

BGP, een stokoude technologie uit de jaren tachtig, werkt als een soort ketting. Als een inwoner van IJsland een website in Australië wil bezoeken, dan zou het BGP-systeem elke keer het juiste netwerk kunnen aanwijzen om die hele tocht te maken. 

Het BGP-systeem heeft enorm geprofiteerd van de opkomst van internetknooppunten. Dit zijn plekken waar allerlei netwerken samenkomen om zo heel snel informatie te delen. Als we nu Google.nl intypen is de verwachting dat de website binnen een seconde laadt. Dat was vroeger nog wel eens anders.

Laten we weer even teruggaan naar de jaren negentig, toen je nog inbelde met een modem. Het internet, dat ooit is gestart als een project van het Amerikaanse leger, had toen nog nauwelijks een goede infrastructuur. Zo kon het voorkomen dat je als internetgebruiker helemaal via Frankrijk reisde om vervolgens bij een Deense website uit te komen. Je raadt het al: deze route is inefficiënt, waardoor het internet ook traag was.

AMS-IX

De oplossing kwam in de vorm van internetknooppunten. Eén van de grootste knooppunten ter wereld staat in Amsterdam: de Amsterdam Internet Exchange, afgekort tot AMS-IX. "Je kunt ons het beste zien als een rotonde", zegt Henk Steenman, CTO van de AMS-IX. "Het internetverkeer zijn de auto's, de wegen die op de rotonde uitkomen zijn de aangesloten netwerken."

Thumbnail

Minister Henk Kamp wordt rondgeleid door Henk Steenman (links) - (foto: ANP)

Inmiddels zijn er meer dan 800 netwerken op de AMS-IX aangesloten op een totaal van ongeveer 40.000 netwerken, zegt Steenman. Dat zijn onder andere Britse, Amerikaanse en zelfs Chinese internetproviders, maar ook bedrijven als Google, Facebook, Netflix en zelfs RTL zijn direct bereikbaar via het knooppunt. 

De AMS-IX koppelt de servers van al deze netwerken aan elkaar. Dat doet het door in twaalf Amsterdamse datacentra aanwezig te zijn en via ondergrondse kabels deze datacentra met elkaar te verbinden. Zo kan de Ziggo-klant vanuit het ene datacenter heel gemakkelijk met bijvoorbeeld de Twitter-servers uit een ander datacenter verbinden waardoor de site en apps van Twitter snel laden.

"Veel delen van het internet kun je niet direct bereiken, zoals een website in Amerika of Afrika. De kans is dan groot dat je via de AMS-IX naar dat deel van het internet wordt gestuurd." Hetzelfde geldt voor inwoners uit andere landen: hun internetverkeer gaat regelmatig via de AMS-IX om zo sneller websites en apps te laden. 

En op die manier zorgt Nederland ervoor dat internetgebruikers van over de hele wereld snel kunnen surfen. 

Lees verder op rtlz.nl

Deze week is het Techweek op RTL Z. Met veel extra verhalen over de laatste technologische trends. Lees ze hier allemaal terug.