"Je wordt er heel triest en verdrietig van. Je bent meteen weer uitgepraat." Het zijn de woorden van Ferdi Delies, bestuurslid van de supportersvereniging van FC Groningen. Hij zag met lede ogen aan hoe een hooligan van zijn club gisteren FC Groningen-speler Jetro Willems een klap gaf. Al zijn inspanningen weer voor niks.
Zo voelt het althans. Delies overlegt geregeld met de club en autoriteiten over gedrag van supporters, en de manier waarop er voor iedereen een fijne voetbalwedstrijd mogelijk is. Dit soort incidenten zijn er vaker, en dan lijkt een oplossing weer verder dan ooit.
Daders goed in beeld
Vanuit de voetbalwereld is de oproep te horen: straf de daders, niet de hele groep. Dat gebeurt in de praktijk zelden. De politie pleit inmiddels zelfs voor een totaalverbod voor uitpubliek en in extreme gevallen blijven sommige vakken - of zelfs hele stadions - leeg.
Er is nog een manier om supportersgeweld tegen te gaan: een stadionverbod voor de persoon die zich misdraagt. De daders zijn steeds vaker goed in beeld, en snel bekend bij de club en politie.
Handhaven heel lastig
Maar dan moet je dat stadionverbod wel controleren en handhaven. Daar gaat het mis. "Bij kleinere clubs gaat dat nog. Hoe groter het stadion, hoe moeilijker het is", zegt Martine Braam van de KNVB. "Het is heel lastig om 33.000 mensen te scannen."
Steeds meer mensen hebben een stadionverbod en dan glipt er weleens iemand tussendoor. In het seizoen 2021-2022 kregen 1258 mensen een verbod opgelegd, het gemiddelde van de jaren daarvoor was 640. Die stijging wordt door de KNVB deels verklaard door de naweeën van lockdownperiodes rond corona. Daarnaast worden supporters beter opgespoord door gebruik van nieuwe technologie.
Meldplicht
Alsnog zitten geregeld mensen met stadionverbod toch in het stadion. Hoe voorkom je dat? Het woord dat vaak terugkomt is 'meldplicht'. Dat betekent zoveel als: meld jezelf als jouw favoriete club een wedstrijd speelt. Maar een fysieke meldplicht is kostbaar. En hoe regel je dat?
"Waar en wanneer gaat iemand zich melden? Wat doet hij na die tijd?" Het zijn allemaal dingen waar je over na moet denken, zegt woordvoerder Maarten Brink van de politievakbond.
Ook Jan Brouwer, hoogleraar Algemene Rechtswetenschap aan de Rijksuniversiteit Groningen, zegt: "Daar gaat veel te veel capaciteit in zitten."

Maar een meldplicht zou ook digitaal kunnen. De KNVB zet daar ook op in: "Wij zien de toepassing van een digitale meldplicht als een belangrijk instrument om de handhaving beter te kunnen realiseren."
Dat zou als volgt moeten werken: de persoon met stadionverbod moet met een app op drie momenten zijn locatie doorgeven. Zodoende weten de autoriteiten dat deze persoon niet in het stadion aanwezig is. Goedkoper, en minder privacygevoelig dan de fysieke meldplicht.
Op grote schaal wordt de app nog altijd niet ingezet. "De KNVB hoopt dat de minister hier snel en voortvarend mee aan de slag gaat, zodat deze innovatie daadwerkelijk kan leiden tot efficiëntere meldplicht en minder politie-inzet."
Juridische eisen
Afgelopen zomer stelde SP-Kamerlid Van Nispen Kamervragen aan minister Dilan Yeşilgöz van Justitie over dit onderwerp. De minister antwoordde toen dat de benodigde technologie er niet was: de app voldoet niet aan alle juridische en technologische eisen.
Een eerder ontwikkelingstraject is volgens de minister wegens gebrek aan draagvlak en financiering niet voortgezet. In 2020 is een herstart gemaakt, maar nog altijd is de technologie nog niet beschikbaar.