Het kabinet trekt nog dit jaar 300 miljoen euro extra uit om bewoners van slecht geïsoleerde huizen te helpen. Het grootste deel (200 miljoen) wordt gebruikt om zogenoemde energiefixers de wijken in te sturen.
De energiefixers helpen bewoners van huur- en koopwoningen met kleine en middelgrote isolerende maatregelen, zoals het aanbrengen van radiatorfolie, tochtstrips, radiatorventilatoren en ledlampen en het beter afstellen van verwarmingsinstallaties. Op die manier kan veel geld worden bespaard op de energierekening.
Voor de winter
Samen met gemeenten en woningcorporaties wil woonminister Hugo de Jonge alles op alles zetten om nog voor de komende winter zoveel mogelijk huizen door energiefixers te laten bezoeken. ''Energiefixers kunnen je helpen met eenvoudige, maar effectieve maatregelen. Je krijgt daardoor meer grip op je energielasten'', zegt De Jonge. Het is de bedoeling dat de energiefixers vooral worden ingezet in wijken en complexen met lage energie labels.
De Jonge trekt daarnaast 100 miljoen euro extra uit voor gemeenten. Die krijgen daardoor dit jaar de beschikking over 300 miljoen euro om koopwoningen met slechte labels aan te pakken. Hierdoor kunnen nog voor de volgende winter 200.000 huizen beter worden geïsoleerd. Dat waren er aanvankelijk 142.000.
Ook in 2024 en 2025 kunnen gemeenten aanvragen indienen voor isolatiemaatregelen. Daardoor ontstaat de komende jaren ruimte voor de aanpak van 750.000 slecht geïsoleerde koopwoningen.
