Ga naar de inhoud
Interview eerste coronaminister

Oud-coronaminister Bruins over zijn plotse vertrek: 'Ineens sta je buiten je team'

Bruno Bruins moest noodgedwongen stoppen als minister. Beeld © Frits Wester

Bruno Bruins was als eerste coronaminister maandenlang hét gezicht van de pandemie. Nadat hij tijdens een Kamerdebat onderuit ging, moest hij stoppen en werd het stil. Met RTL Nieuws blikt hij terug op die hectische beginperiode. "Toen ik tijdens die live-uitzending dat briefje met daarop de eerste coronapatiënt kreeg, wist ik: dit wordt enorm."

Of hij zelf corona heeft gehad? Waarschijnlijk wel, antwoordt de 58-jarige Bruno Bruins terwijl hij de deur van zijn nieuwe werkkamer opent. "Het was in het voorjaar 2020, net nadat ik was gestopt als minister. Mijn vrouw en ik zijn niet heel ziek geweest gelukkig. We zijn binnen gebleven, met een paar dagen was het over."

Bruins is net begonnen met zijn nieuwe baan: staatsraad bij de Raad van State. Zijn werkkamer is nog wit en leeg, muren schreeuwen om wat kunstwerken. Met op de achtergrond muziek van Nile Rodgers, zijn grote idool, wil de oud-minister nog één keer terugblikken op die beginperiode van corona. De periode die zijn leven – én dat van miljoenen Nederlanders – zo veranderde.

Bekijk ook: In maart 2020 ging Bruins onderuit tijdens een coronadebat

00:26

Hoe gaat het nu met u?

"Heel goed. Nadat ik onderuit was gegaan, heb ik drie maanden geslapen. Rust, dat is het enige dat ik wilde. In de zomer van 2020 ging het alweer beter en ben ik weer gaan werken, bij het Haagse ov-bedrijf HTM. Dat je 's ochtends de deur uit loopt en weer mag deelnemen aan een team, vind ik heerlijk." 

U klapte er zomaar uit, denkt u daar nog vaak aan?

"Het moment dat ik onderuit ging, kan ik me niet meer herinneren. Dat ik opstond wel. Ik klapte er zomaar uit tijdens een lang coronadebat. In het Kamerrestaurant werd ik heel goed opgevangen. 'Colaatje, meneer Bruins?', klonk het. Niet veel later belde mijn vrouw. Mijn jongste had het zien gebeuren op tv: 'het gaat niet goed met papa'. Ik ben naar huis gegaan met mijn chauffeur. Toen ik de voordeur thuis dichttrok, was er die stilte. Die stilte, dat was heel erg lekker."

"Toen ik onderuit ging, wilde ik alleen maar slapen. En rust."

Waar ging het mis?

"Ik was altijd een goede slaper, maar op een gegeven moment werd ik steeds om 4 uur 's nachts wakker. Ik weet precies welke radioprogramma's er midden in de nacht zijn. Toen ik onderuit ging, wilde ik alleen maar slapen. Weken heb ik overdag geslapen op mijn bankje in mijn werkkamer. Ik ben wel 20 keer begonnen aan de eerste bladzijde van Het achtste leven. Prachtig boek trouwens.

Voelde het als falen?

"Jawel. Of, nou ja. Ik vond het heel erg vervelend dat ik het team moest verlaten. De coronacrisis had ons ministers tot een hecht team gemaakt. We deden dit als kabinet echt samen. Ik zat tijdens de ministerraad naast Ferd Grapperhaus. We konden elkaar goed vinden, een grap was nooit ver weg. We noemden elkaar Snuf en Snuitje. Maar toen lag ik er dus opeens uit en werd ik een toeschouwer. Een gewone burger die het coronanieuws in de krant moest lezen."

Opgestapte
Lees ook:
Opgestapte minister Bruins 'zat vanaf eerste moment boven op coronacrisis'

Bruins werd in oktober 2017 minister voor Medische Zorg in het kabinet Rutte III. De eerste keer dat het woord 'corona' viel, kan hij zich niet precies meer herinneren. Het moet op een dag eind december 2019 zijn geweest, of begin 2020.
Op 28 januari van dat jaar werd covid-19 op de A-lijst van meldingsplichtige infectieziektes geplaatst. In omliggende landen doken allerlei coronagevallen op, het was wachten op onze eerste 'patiënt zero'.

En opeens was daar dat briefje over ons 'eerste geval' tijdens een live-uitzending van de NOS.

"Ik voel dat moment nog steeds. Ik zat op hete kolen. Er was die avond van 27 februari een tv-uitzending en we wisten dat er een persoon in het land één positieve test had. In die tijd waren twee positieve testen nodig. Ik stond erop dat die patiënt het eerst zelf wist, plus zijn familie, de burgemeester en het betreffende ziekenhuis. Het was echt toeval dat dat nieuws in de uitzending binnenkwam."

Wat dacht u?

"Nu is het echt begonnen. Nu wordt het massief. Je schiet in een overdrive. Er moesten zoveel dingen geregeld worden. In de zorg, in de politiek en met media."

Heeft u 'patiënt zero' gebeld?

"Jazeker. Het was Joost, bouwjaar 1963. Dat vergeet je nooit meer. We hadden een heel leuk en nuchter gesprek. Hij lag in het ziekenhuis en had goede zorg. Ik weet nog wel dat hij vooral bang was voor één ding: de mediahectiek. Hij wilde zijn gezin beschermen voor al die aandacht. Hij had kinderen op de middelbare school."

"Je probeerde alles te doen wat nodig was. Het was intens en chaotisch."

In het begin was er groot tekort aan beschermingsmaterialen. Wat ging er mis?

"De hele dag door ging mijn telefoon en kreeg ik mailtjes over mondkapjes en beschermingsmiddelen. Ook van vrienden. Je probeerde alles te doen wat nodig was en vraag en aanbod inzichtelijk te krijgen. Het was zo intens en chaotisch."

"Ik weet nog goed dat er een vrachtwagen met beschermingsmiddelen werd tegenhouden bij de grens met Frankrijk. De Fransen wilden onze spullen hebben. Kort daarna had ik een EU-vergadering en wilde ik mijn Franse ambtsgenoot daar op aanspreken. Maar hij was bewust te laat en ging er bewust eerder vandoor."

"Ik vond de tekst zo klinisch. Ik schreef er tien minuten voor tijd nog een zinnetje bij: Let een beetje op elkaar."

De aanpak van corona slurpte alle tijd op van de oud-minister. Dag en nacht was Bruins er mee bezig. Het coördineren van de verdeling van beschermingsmiddelen, de lange Kamerdebatten en de groeiende kritiek: alles stond in het teken van de pandemie. En dan waren er ook nog de coronapersconferenties, waar miljoenen mensen naar keken. 

Houdt u van de spotlights?

"Nee. Totaal niet. Ik voel ook nog precies dat katheder waarachter ik stond met dat randje waar je pen zo overheen rolt. En dat gat waar met moeite een glaasje water in kon. Ik herinner me nog goed de persconferentie waarin we de eerste lockdown gingen aankondigen. Ik vond de tekst zo klinisch. Ik schreef er daarom tien minuten voor tijd nog een zinnetje bij; 'Let een beetje op elkaar'. Toen ik die woorden terugzag op een bord langs de snelweg, dacht ik: dat heb ik goed gedaan."

Er komt nog een parlementaire enquête aan, wat had ú anders moeten doen?

"Het is zeker goed om te evalueren. Ik vond communiceren heel belangrijk. Maar komt de boodschap ook goed aan? Dat is een ander hoofdstuk en daar moet zeker naar gekeken worden. Ik probeerde zoveel mogelijk te vertellen wat ik wist, maar heel veel dingen wist ik ook niet. Morgen weet je altijd meer en je weet niet wat je niet weet. Misschien had ik daar opener over moeten zijn. Je voert onder dit soort omstandigheden ook niet echt het gesprek hoe je het debat met de Tweede Kamer voert. Ook dat moet onderwerp van een eventuele enquête worden."

Bruins werd opgevolgd door Martin van Rijn, een PvdA'er. Hij heeft daar nul bemoeienis mee gehad, maar is hem daarvoor zeer dankbaar. Daarna werd Hugo de Jonge de verantwoordelijk minister. Bruins wil geen commentaar geven over zijn inhoudelijke optredens. Want: niet gepast, vindt hij. Wel appt hij zo nu en dan met De Jonge en kijkt hij de coronadebatten.

Hoe vaak heeft u contact met De Jonge?

"Soms, niet heel vaak. Ik stuur hem weleens een duimpje. Ik vind het knap hoe hij het werk doet en volhoudt."

De Jonge zit de rit uit, u niet.

"Ja. Hij kan het misschien beter loslaten. U zou dat aan hem moeten vragen. Ik kan daar alleen maar respect voor hebben. Ik vind het superknap. Ook wat hij doet op sociale media. Ik zag hem ook op de cover van Linda Magazine, haha."

Fantaseert u nog weleens over het minister-zijn?

"Nee. Nooit. En ik ga niet zeggen wat er anders moet. Dat is niet aan mij."

Bruins is een echte Hagenaar. Hij is dol op de muziek van Anouk en heeft een seizoenkaart van ADO Den Haag. Voor de corona-uitbraak deed hij nog weleens de lichten uit tijdens een gezellig kroegavondje.

Wat mist u het meeste?

"Ik heb kaartjes van concerten die niet door kunnen gaan – van Anouk en van  Nile Rodgers. Laten we hopen dat het snel weer kan. En ik kijk ernaar uit om weer op de tribune van ADO te zitten."

"Ik ben me ook wel bewust dat mensen eerder iets van mij vinden vanwege mijn verleden."

Ook in uw stad lopen mensen die niet-gevaccineerd zijn. Wat zegt u tegen hen?

"Ik ga mensen niet dwingen. Ik zeg ze wel dat ik zelf wel gevaccineerd ben en waarom ik dat belangrijk vind. Ik ben me ook wel bewust dat mensen eerder iets van mij vinden vanwege mijn verleden. Ik heb altijd twee mondkapjes bij me en houd me aan de regels."

Zien we u terug als minister?

"Nee. In mijn kluis liggen wel twee papiertjes met namen van mogelijke opvolgers van Rutte – een man en een vrouw. Maar ik hoop dat Rutte nog even blijft. Hij heeft toen ik thuis zat heel erg met me meegeleefd. Gewoon door te vragen: hoe gaat het met je?"

Vindt u het erg dat u wordt vergeten of herkennen mensen u nog?

"Ik vind het helemaal niet erg dat ik word vergeten. Ik vind het wel erg dat ik het team heb moeten verlaten. Zo nu en dan herkennen mensen me nog. Toen ik mijn prik ging halen, zei een jongen van de priklocatie: 'Héé, bent u niet de oud-minister?' En vorige week sprak een vrouw me nog aan: of ik weer helemaal de ouwe was. Ziek zijn zorgde ook voor een mooi inzicht: dat er ontzettend veel hartelijke mensen zijn."

Gebruik jij de RTL Nieuws-app al?

Ja? Daar zijn we blij mee!
Nog niet? Download ‘m hier voor Android en iOS.