Essentiële medewerkers in de zorg en leerkrachten krijgen vanaf volgende week voorrang bij een coronatest. Dat heeft minister Hugo de Jonge vanavond bekendgemaakt. De GGD's streven ernaar de nieuwe regel uiterlijk eind volgende week te hebben ingevoerd.
De GGD's moeten zelf bedenken hoe ze het precies willen aanpakken. Kritieke zorgmedewerkers én docenten in het basis- en voortgezet onderwijs krijgen voorrang zolang dat nodig is.
Risicogericht testen
In een brief aan de Tweede Kamer zegt minister De Jonge dat die voorrang geregeld moet kunnen worden in een 'eenvoudige procedure'.
Er waren lang twijfels over de voorrangsregeling. Premier Rutte sprak vanmiddag nog van een 'complexe logistieke klus'. Minister De Jonge had het over een 'ingewikkelde puzzel'.

De regel gaat dus voorlopig niet gelden voor personeel van mbo of hoger onderwijs. Ook de kinderopvangsector valt buiten de voorrangsregeling.
De Jonge schrijft dat het Outbreak Management Team, de kern van artsen en wetenschappers die het kabinet adviseren, wordt gevraagd of ook andere beroepsgroepen in aanmerking moeten kunnen komen voor voorrang en 'risicogericht' testen.
Testkrapte
Het probleem werd urgent doordat de GGD's de hoeveelheid testen nauwelijks kan verwerken. Op sommige plekken is de testkrapte zo groot dat wachttijden flink oplopen en mensen soms dagen thuis moeten zitten.
Dat heeft grote maatschappelijke impact, bijvoorbeeld als kinderen op het primair en voortgezet onderwijs niet naar school kunnen en ouders dus ook thuis moeten blijven zitten. Met de voorrangsregel moet daaraan vanaf volgende week een eind komen.
'Zorgvuldig zijn'
De minister heeft werkgevers in de zorg en het onderwijs opgeroepen zorgvuldig te zijn met het voorrangsproces, om te voorkomen dat leraren en zorgmedewerkers zich massaal met voorrang laten testen terwijl dit misschien niet noodzakelijk is. "Testen met voorrang kan alleen goed gaan als dit niet onnodig ten koste gaat van het kunnen testen van andere mensen met klachten", schrijft De Jonge.