650 miljoen voor landbouwbedrijven in nood door coronacrisis

Het kabinet komt met een steunpakket van 650 miljoen euro voor land- en tuinbouwbedrijven die door de coronacrisis in de problemen zijn gekomen. Het gaat om een vergoeding van omzetschade en loonkosten.
Minister Carola Schouten van Landbouw schrijft dit in een brief die ze vanavond naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.

Sierteeltsector luidt noodklok: 'Het is écht een paar minuten voor twaalf'
Het meeste geld, 600 miljoen euro, gaat naar de sierteelt en onderdelen van de voedingstuinbouw, die door het wegvallen van de export en de verkoop aan de horeca enorme schade lijden. De overige 50 miljoen is voor telers van frietaardappelen, die door de sluiting van de horeca bijna niet meer worden verkocht.
Uniek
Minister Schouten: ''Bepaalde sectoren waren niet geholpen met het noodpakket dat het kabinet eerder heeft gepresenteerd. We hebben hier te maken met bedrijven die in een unieke situatie zitten. Je kunt de teelt niet zomaar stilleggen. Daardoor hebben de bedrijven doorlopende vaste lasten.''

Coronaregeling NOW geplaagd door kinderziektes: kritiek groeit
Probleem voor de landbouwbedrijven is dat veel producten die niet kunnen worden verkocht, vernietigd moeten worden. Het gaat om verse producten die niet lang houdbaar zijn. Veel bedrijven zijn ook seizoensgebonden. Zo draaien bollentelers normaal gesproken hun volledige omzet in de maanden maart, april en mei. Die gaat door de coronacrisis bijna helemaal verloren.
Omzetschade
Voor de sierteelt en voedingstuinbouw geldt dat de eerste 30 procent omzetschade voor de ondernemer is en dat de overheid de resterende 70 procent vergoedt. Telers van frietaardappelen krijgen een vergoeding voor aardappelen die ze op voorraad hebben en niet meer kwijt kunnen. Ze krijgen 40 procent van de gemiddelde marktwaarde.
Het extra pakket komt bovenop de generieke maatregelen die het kabinet al eerder aankondigde.