De Tweede Kamer eist opheldering van minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) over de bemoeienis van zijn voorganger, Ivo Opstelten, met het proces-Wilders.
Dit blijkt uit een reeks schriftelijke vragen die zojuist zijn ingediend. De oppositiepartijen PvdA, SP, GroenLinks en 50PLUS én regeringspartij D66 willen exact weten wanneer Opstelten zich met dat proces bemoeide, waarom, en wat er in het overleg met het Openbaar Ministerie (OM) is besproken. Het gaat om het 'minder Marokkanen'-proces, waarvan nu het hoger beroep loopt.
Verkeerde been
Vrijdag bleek dat Opstelten het strafproces tegen Wilders niet één, maar twee keer besprak met de hoogste baas van het OM. Dat staat haaks op eerdere antwoorden op Kamervragen, en op wat het OM altijd tegenover de rechter heeft beweerd. De Kamer wil onder meer weten waarom het OM rechters in het eerste proces in 2016 op het verkeerde been heeft gezet. Toen werd beweerd dat het geen zin had Opstelten op te roepen als getuige, omdat hij niets zou weten van de besluitvorming van het OM om Wilders aan te pakken. In 2018 werd dit nogmaals glashard gezegd.
Uit de vragen blijkt verder dat de fracties grote vraagtekens plaatsen bij een overleg van 25 september 2014. Al ruim twee weken eerder zou het OM hebben besloten tot vervolging. De Kamer vraagt zich af waarom er dan toch overlegd werd. Ze vragen Grapperhaus ook of het normaal is dat een minister van Justitie in zo’n overleg 'een opvatting kenbaar maakt over het al dan niet vervolgen'.
Parlementaire enquête
Opvallend is dat niet wordt gevraagd naar sinds wanneer Grapperhaus op de hoogte was van de bemoeienis van Opstelten. Ook worden geen vragen gesteld over het recente getuigenverhoor van Opstelten en hoge ambtenaren, en waarom de informatie niet is gemeld aan het hof en aan de verdediging. Gisteren wezen fracties en voorstel van Wilders af om een parlementaire enquête in te stellen.
De Kamer wil voor volgende week woensdag antwoord van Grapperhaus. Op die dag, 19 juni, dient een rechtszaak van RTL Nieuws tegen het ministerie van Justitie en Veiligheid over openbaarmaking van alle stukken over het proces-Wilders. Alles wordt tot dusver geweigerd. Een week later gaat het hoger beroep tegen Wilders verder.
