Ga naar de inhoud
Nederland

Dijsselbloem: Er is te weinig controle op Belastingdienst

Opnieuw zijn de problemen bij de Belastingdienst met de inning van erf- en schenkbelasting. Beeld © ANP

De Belastingdienst heeft als overheidsorganisatie veel teveel autonomie en was daardoor niet goed te controleren tijdens het reorganisatiedebacle. Daar komt vanaf nu een einde aan, zegt minister Jeroen Dijsselbloem in zijn wekelijkse gesprek op RTL Z.

Afgelopen zomer konden ongemerkt tientallen miljoenen euro's wegvloeien door een haastig en onzorgvuldig opgestelde afvloeiregeling. Deze werd pas 'wegens succes gestopt' nadat het budget van 648 miljoen euro met 70 miljoen euro extra overschreden was. Daarnaast ontving de Belastingdienst een naheffing voor het vervroegd laten vertrekken van oudere werknemers.

De Belastingdienst heeft al jaren een grote zelfstandigheid. Daar gaat Dijsselbloem mee stoppen: de touwtjes worden voortaan strakker aangetrokken. "Het laat zien dat de Belastingdienst als de grootste uitvoerende organisatie van de overheid, erg veel autonomie heeft gehad in het verleden. We zullen dat ook moeten aanpassen. De controle vanuit het ministerie van Financiën op de Belastingdienst zal wat sterker moeten worden, omdat er fouten zijn gemaakt."

Controle zal sterker moeten worden

Er was weinig controle, blijkt uit het interview. "De betrokkenheid van onze eigen directie, binnen het ministerie van Financiën, was onvoldoende. Die hadden daarbij betrokken moeten zijn en mee moeten kunnen kijken", zegt hij. "Bij de start van deze regeling is er veel te weinig contact geweest tussen de Belastingdienst en het kerndepartement."

In totaal konden 1250 belastingambtenaren van 64 jaar of ouder met een flinke vertrekpremie weg bij de Belastingdienst: zij kregen gemiddeld 64.000 euro bruto mee. In de brief die vandaag naar de Tweede Kamer is gegaan, blijkt hoe hoog de vertrekpremie kan oplopen: iemand met 40 dienstjaren die twee maanden voor zijn pensioen vrijwillig ontslag neemt, kon 24 maanden salaris meekrijgen, met een maximum van 75.000 euro.