Honderden mensenlevens zijn afgelopen woensdag verloren gegaan, nadat een vissersboot vol vluchtelingen was omgeslagen en gezonken. Op die boot bevonden zich vaders, moeders en ook veel kinderen. Toch kreeg het nieuws over het bootdrama geen zelfde reactie als andere verdrietige gebeurtenissen met minder slachtoffers. Waarom laat de dood van migranten velen van ons koud?
"Het zijn gewoon mensen, hè? Kinderen, broers en zussen", zegt Seada Nourhussen tegen RTL Nieuws. Nourhussen is hoofdredacteur van OneWorld en sprak zich deze week kritisch uit over de Nederlandse berichtgeving rondom de bootramp. "Het was heel weinig. Op de voorpagina's van kranten was het vandaag al niet meer te vinden, terwijl het dodental enorm is toegenomen."

Het valt haar op dat zowel politici als media burgers volgens haar slecht informeren over het Europese migratiebeleid 'dat tot deze tragedies leidt'. Daardoor blijft het gesprek volgens Nourhussen hangen bij bootjes en smokkelaars en blijft de kern achterwege.
Vermoeidheid
Mediasocioloog Peter Vasterman ziet dat 'compassievermoeidheid' een rol speelt in de manier waarop we omgaan met nieuws over dodelijke migrantenongelukken. "Als je kijkt naar mediaberichtgeving over crises en rampen, dan zie je dat na verloop van tijd een soort vermoeidheid optreedt en je minder sympathie voelt en je minder goed erin kunt verplaatsen", legt hij uit.
Als voorbeeld noemt hij de oorlog in Oekraïne. "De eerste weken waren ongelooflijk schokkend, maar dat slijt op de een of andere manier", vertelt Vasterman. "Als er nu een bombardement is, ga je er toch anders mee om dan een jaar geleden."
Nieuwsaandacht
Daarnaast spelen media een belangrijke rol. Zo krijgt een Nederlands kind dat hier verdrinkt veel meer aandacht dan een kind uit Afrika dat omkomt op de Middellandse Zee, legt de mediasocioloog uit. "De hoeveelheid media-aandacht die je geeft, bepaalt ook of mensen ermee bezig zijn."
"Wij kunnen ons beter identificeren met iemand uit onze eigen cultuur, iemand die op ons lijkt", vervolgt Vasterman. Ook dat zie je terug in de oorlog in Oekraïne. De Oekraïense vluchtelingen worden bijvoorbeeld heel anders ontvangen dan Syrische vluchtelingen, simpelweg omdat er meer overeenkomsten met onszelf zijn.
Taalgebruik
Ook de woordkeuzes zijn van invloed. Zo is Vasterman geen voorstander van het gebruik van 'asielzoeker' ten opzichte van 'vluchteling'. "Vroeger spraken we alleen van vluchtelingen. Mensen die vluchten voor iets ernstigs als oorlog, onderdrukking of vervolging. Een asielzoeker komt hier iets zoeken en wil iets van ons", legt hij uit.
Daarbij mist de berichtgeving over vluchtelingen een menselijk aspect. "Wat zien we van de vluchtelingencrisis? Alleen beelden van Ter Apel, mensen die buiten slapen of rondhangen", zegt Vasterman. "Maar het menselijke verhaal is het belangrijkste. Dan krijgt het slachtoffer een gezicht, een leven en een verleden. Nu is het een statistiek."
Context mist
"Wat mij betreft ligt de oorzaak van het gebrek aan massale verontwaardiging bij onvolledige en oneerlijke berichtgeving over het onderwerp", zegt hoofdredacteur Seada Nourhussen. Volgens haar zijn veel mensen onwetend over het onderwerp. "Er wordt meestal bericht vanuit de gevolgen, maar niet vanuit de oorzaken." Eén van de belangrijkste oorzaken is volgens haar het Europese grensbeleid, waardoor het voor vluchtelingen niet mogelijk is om op een veilige manier naar Europa te komen.
"Maar dat leggen media nooit uit. Vandaag zei iemand op Twitter nog iets tegen mij over een artikel op OneWorld over een documentairemaker die haar zus op de Middellandse Zee verloor. Zij zei: 'Wel geld voor een docu, geen geld om een vliegticket voor haar zus te kopen?' Dan is het gewoon duidelijk dat mensen ongeïnformeerd hun onderbuik legen", vertelt Nourhussen.

Met haar magazine OneWorld zocht ze eerder uit welke obstakels vluchtelingen tegenkomen wanneer ze hun land proberen te ontvluchten. Zo kregen mensen uit bijvoorbeeld Afghanistan volgens het onderzoek van journalist Roxane Soudagar geen paspoort uit hun eigen land, konden ze daardoor geen visum aanvragen, of leidde een visum ze naar een ander land waar het ook onveilig was.
Focus op negativiteit
Daarbij komt volgens Nourhussen dat er met cijfers wordt gegoocheld en dat media zomaar feiten aannemen van politici. "Maandenlang hebben we moeten horen: er is een hoge instroom. Er is gesmeten met prognoses van 50.000 en zelfs 70.000 asielzoekers. Dat de instroom in de eerste vijf maanden van dit jaar vervolgens veel lager bleek, belandt in een hoekje en daar praat niemand meer over", vertelt ze.
Dat sijpelt volgens haar door in berichtgeving over asielzoekerscentra. "Negen van de tien keer gaat het goed en is er geen ophef of weerstand. Maar dat levert geen clicks of aandacht op", vindt Nourhussen. "Media bieden vooral ophef, omdat ze denken dat mensen dat willen lezen, maar dat is helemaal niet bewezen en geeft een vertekend beeld van de werkelijkheid."
Wanhoop
Sinds 2014 zijn bijna 27.000 vluchtelingen omgekomen op de Middellandse Zee. Dat zijn 27.000 vaders, moeders, broers en zussen. Dat de vluchtroute over de Middellandse Zee levensgevaarlijk is, is dan ook algemeen bekend. Toch blijven mensen het proberen. "Mensen zijn wanhopig en zien geen toekomst meer in de landen in hun regio", vertelt Andrea Vonkeman van UNHCR Nederland.
De meeste vluchtelingen zijn volgens haar waarschijnlijk wel bewust van de risico's, maar ze denken vaak: 'zij kwamen om, maar mij gaat het lukken'. "En in combinatie met de wanhoop proberen ze het toch."

Daarnaast hangen mensensmokkelaars, die goed geld verdienen met het vervoeren van vluchtelingen op bootjes, mooiere verhalen op. "Smokkelaars vertellen dat hun boot wel goed is", zegt Vonkeman. "En dan komen vluchtelingen misschien aan op het strand en zien ze dat het er niet goed uit ziet, maar dan hebben ze al 5000 euro betaald."
Zodra de bootjes een Europese kust naderen, krijgen ze soms te maken met pushbacks of worden ze helemaal niet geholpen. "Niemand wil ze opnemen. Dat is verschrikkelijk en gaat echt ten koste van mensenlevens", zegt Vonkeman. De UNHCR hoopt daarom dat er een beter Europees beleid komt, waarbij vluchtelingen op een eerlijke manier over landen worden verdeeld.