Huisartsen die ouder worden en Nederlanders die vaker terecht willen kunnen met allerlei lichamelijke klachten. Het zorgt er volgens een nieuw onderzoek voor dat de kwaliteit en toegankelijkheid van de huisartsenzorg nog verder onder druk staan. Meer dan de helft van de huisartsenpraktijken heeft geen plek meer voor nieuwe patiënten.
Jongeren doen steeds vaker een beroep op de huisarts en door vergrijzing komen ouderen ook steeds vaker met klachten bij de huisarts.
Maar het wordt steeds lastiger een geschikte dokter te vinden. Zo'n 60 procent van de huisartsenpraktijken neemt geen nieuwe patiënten aan, tegenover 48 procent in 2018. Dat stelt ABN AMRO vandaag in een rapport over de huisartsenzorg.
Veel 60-plussers
Vergrijzing heeft ook effect op de beroepsgroep zelf, denkt de bank. Bijna 2500 huisartsen zijn 60 jaar of ouder. "De verwachting is dat hiervan een groot aantal tussen nu en 5 jaar zal stoppen met werken", schrijven de onderzoekers.
Er worden wel huisartsen, verpleegkundig specialisten en assistenten opgeleid, maar de druk op huisartsen zal 'onverminderd hoog' blijven. Als veel artsen tegelijk stoppen, wordt de overdracht van hun praktijken 'een ingewikkeld vraagstuk'. Vorige maand werd het kabinet nog geadviseerd veel meer huisartsen op te leiden.
11 minuten
Omdat ouderen tegenwoordig langer thuis blijven wonen, hebben huisartsen volgens de onderzoekers steeds meer werk. Door allerlei factoren samen hebben zij nauwelijks nog genoeg tijd voor patiënten. Per consult heeft de huisarts gemiddeld 11 minuten, becijferen de onderzoekers. Dit zou eigenlijk een kwartier moeten zijn. Daarnaast zijn huisartsen veel tijd kwijt aan de administratie.
Huisartsen zeggen door de hoge werkdruk veel vaker tegen patiënten dat zij 'het nog maar even aan moeten kijken'. Meer daarover zie je in deze video:
'Kijk het nog maar even aan': dit is waarom huisartsen dat zo vaak zeggen
Efficiënter
De onderzoekers noemen het 'cruciaal' dat de regeldruk vanuit de overheid vermindert. Verder pleiten ze voor intensievere samenwerking tussen regio's en tussen de verschillende takken van de zorg, zoals de huisartsen, de GGD, de geestelijke gezondheidszorg, ziekenhuizen en de wijkverpleging.
Meer digitalisering en zorg op afstand kunnen het werk ook efficiënter maken, denken de onderzoekers.
