Ga naar de inhoud
Gezamenlijk advies blijft uit

Ziekenhuizen oneens over kinderhartchirurgie, minister aan zet

De kinder-IC van het UMCG in Groningen, ter illustratie. Beeld © ANP

De academische ziekenhuizen kunnen het niet eens worden over een gezamenlijk advies over de concentratie van kinderhartchirurgie. Minister Ernst Kuipers (Volksgezondheid) had ze om een advies gevraagd, maar de ziekenhuizen zeggen dat ze geen goed zicht hebben 'op de daadwerkelijke effecten op de overige zorg'.

Daarom is volgens hen de minister nu aan zet, laat de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU) weten.

Twee centra

Nederland telt momenteel vier centra waar kinderen kunnen worden geopereerd aan aangeboren hartafwijkingen. Dit zijn Rotterdam, Utrecht, Groningen en een samenwerking van Amsterdam en Leiden. De minister wil dat er straks twee centra overblijven.

Eind 2021 hakte toenmalig verantwoordelijk minister Hugo de Jonge de knoop door: in de toekomst zouden nog alleen nog de ziekenhuizen in Rotterdam en Utrecht kinderhartchirurgie mogen uitvoeren. Dat besluit leidde tot een storm aan kritiek. 

Acute zorg in gevaar

De Jonges opvolger, Ernst Kuipers, besloot enkele maanden later daarom de zorgautoriteit NZa opnieuw naar de kwestie te laten kijken. De Zorgautoriteit kwam vervolgens afgelopen december met conclusies die niet mals waren. Mocht het kabinetsbesluit worden doorgezet, schreef de NZa, dan zou de acute zorg voor kinderen in gevaar kunnen komen.

Kuipers
Lees ook:
Kuipers blijft bij twee kinderhartcentra: advies Zorgautoriteit deels genegeerd

De plannen om de kinderhartchirurgie te concentreren hoefden van de NZa niet van tafel, maar zouden wel beter gemotiveerd moeten worden. De NFU zou daarom moeten kijken naar welke basiszorg weg zou kunnen uit de umc's en welke zorg moet worden geconcentreerd. 

Zij laten nu dus weten dat ze het niet eens kunnen worden over een gezamenlijk advies.

Groningse
Lees ook:
Groningse artsen (en ouders) blij: 'Blijft kinderhartchirurgie toch in UMCG?'