Het kabinet-Rutte IV heeft het in de ogen van de Nederlandse burger helemaal verbruid. Bij de jaarlijkse Prinsjesdag-peiling van EenVandaag kreeg de regeringsploeg met een 3,3 een dikke onvoldoende.
En ook het vertrouwen is bijzonder laag. Slechts 15 procent van de ondervraagden steunt dit kabinet nog. De meerderheid, twee derde van de ondervraagden, wil dat het kabinet opstapt en er nieuwe verkiezingen worden uitgeschreven. Dat zou dan binnen een jaar moeten gebeuren.
Crisistijd
Opvallend is dat niet alleen de kiezers die de oppositie steunen liefst zo snel mogelijk naar de stembus willen, dat geldt ook voor een groot deel van de achterban van de regeringspartijen. De verwachting dat dit kabinet zijn hele regeertermijn volmaakt, is eveneens niet erg hoog (16 procent).
Een kwart van de ondervraagden wijst overigens nieuwe verkiezingen af omdat die in deze tijd van crises voor nog meer problemen zouden zorgen.
Waaraan te danken?
Waar heeft het kabinet die onvoldoende aan te danken? Vooral aan het (niet) optreden in de toeslagenaffaire, de asiel-, stikstof- en koopkrachtcrisis en de gaswinning in Groningen, blijkt uit toelichtingen van de ondervraagden. Het vertrouwen dat het huidige kabinet daar op korte termijn ook daadwerkelijk iets aan gaat doen, is bij de ondervraagden totaal verdwenen.
15 procent vertrouwen is, zoals al eerder gezegd, erg laag. Slechts één keer sinds het begin van de peilingen, in 2007, was het vertrouwen nog lager, en ook dat wapenfeit komt op naam van een kabinet van Mark Rutte. Dat was in 2013, toen er miljarden bezuinigd moesten worden.