Met temperaturen van boven de 35 graden, zoals vandaag, is het in Nederlandse steden haast niet uit te houden. Hoe kunnen we ons beter wapenen tegen deze warmte en wat kunnen we leren van steden in het buitenland?
"We moeten ons voorbereiden op meer tropische dagen en onze inrichting en gebouwen daarop aanpassen", zegt Lisette Klok, docent en onderzoeker ‘Klimaatbestendige Stad’ aan de Hogeschool van Amsterdam. "Hitte zoals vandaag kun je met een andere bouw van de stad nauwelijks voorkomen. Maar om de bijkomende problemen van hitte te beperken moeten we werken aan hitteplannen en richtlijnen waarin gezondheid, gebouwen en buitenruimte allemaal worden meegenomen."
En dat is dus iets heel anders dan het hitteplan dat we nu kennen. Daarin ligt de focus vooral op het beperken van gezondheidsrisico's voor kwetsbare groepen.

Uit onderzoek van de TU Delft blijkt dat het verschil in temperatuur in steden en daarbuiten op een hete dag als vandaag wel kan oplopen tot 13 graden. Dat komt vooral door de aanwezigheid van beton en asfalt, dat warmte opslaat en weer uitstraalt. Sanda Lenzholzer, hoogleraar landschapsarchitectuur aan de Wageningen Universiteit, is al zo'n 18 jaar met dit thema bezig. "In het begin zeiden mensen tegen mij: is dat nou echt zo belangrijk? Maar als je je een beetje verdiept in de feiten rondom klimaatverandering en iets weet over stadsklimaat, dan is het heel duidelijk. We wisten al dat bepaalde delen van steden warmer zijn en als daar een hittegolf zoals nu bij komt, dan warmt de stad extra op. Steeds meer mensen gaan inzien dat we onze steden dus anders moeten gaan inrichten."
Natuurlijke processen
Vergroening van steden is een van de eerste stappen die we zouden kunnen nemen, zegt Lenzholzer. "Singapore is daarin echt vooruitstrevend. Daar zijn niet alleen veel parken, maar ook veel groene gevels en hoge flatgebouwen met inhammen met tuintjes waar buren samenkomen. En in de openbare ruimte zijn bijvoorbeeld overkappingen die met groen begroeid zijn en vernevelaarsinstallaties."
Je eigen gevel vergroenen en tegels wippen voor wat natuur zijn maatregelen die mensen zelf kunnen nemen. Ook je dak wit schilderen kan voor verkoeling van je woning zorgen. Airconditioning is een makkelijke oplossing, maar draagt ook weer bij aan opwarming van de aarde.
Het ironische is dat we juist door de komst van onder andere airconditioning niet meer hoeven na te denken over hoe je op natuurlijke wijze gebouwen koel kunt houden.

"Het zou helpen als er meer regelgeving komt voor het koel houden van de huizen", zegt Klok. "En dan niet dat er airco's geplaatst worden, maar bijvoorbeeld zonneweringen." Vooral wijken met veel huurwoningen en een lagere sociaaleconomische status zijn warm. "Nu zijn woningcorporaties niet verplicht daar iets aan te doen, terwijl de bewoners zelf geen geld hebben om maatregelen te treffen."
Slim vergroenen
"Misschien moeten we wel terug naar de natuurlijke processen", zegt Lenzholzer. "Dat je kijkt waar de schaduw valt, welke ruimtes op welk tijdstip van de dag zon hebben. Boerderijen van vroeger hadden dat helemaal uitgekiend. Dan had je bijvoorbeeld leilindes, een soort boomscherm met een bladerdak op bepaalde hoogte. Die stonden daar niet voor de show, maar zijn berekend op de zonnestand in de zomer en in de winter. Of denk aan de luiken voor de ramen. Dat soort dingen zijn in de vergetelheid geraakt."
Bovenstaande oplossingen gaan vooral over woningen, maar het is geen oplossing voor de hele buitenruimte van de stad. Bomen planten dan? "Ja, maar wel op de juiste plekken. Want als je dat verkeerd doet, kan het juist een omgekeerd effect hebben. Bijvoorbeeld doordat je luchtstromen tegenhoudt. Daar moet je dus goed over nadenken."

Zomaar maatregelen kopiëren uit het buitenland gaat dus helaas niet. "Mensen denken dan: in het mediterrane gebied is het vaker warm, daar hebben ze hun steden toch ook aangepast? Daar heb je bijvoorbeeld nauwe straten. Dat werkt daar, omdat de zon hoger aan de hemel staat, waardoor je zelfs in de winter nog licht in de huizen krijgt. In Nederland is de zonnestand anders en zou het pikkedonker worden in de huizen."
Daarnaast moeten gemeenten volgens Lenzholzer beter nadenken over schaduwrijke routes in steden. "Zodat mensen die wel buiten zijn, niet zijn overgeleverd aan kale vlaktes. Je kan die schaduw natuurlijk creëren door middel van bomen, maar ook met behulp van schaduwdoeken boven de straten, zoals we ze kennen uit zuidelijke landen. Dat zien we nu wel veel meer opkomen in Nederland."
Luchtcorridors
Als we willen leren van anderen, moeten we dus vooral kijken naar landen die qua klimaat vergelijkbaar zijn met Nederland. "In Duitsland zijn ze bijvoorbeeld voortvarend met het implementeren van luchtcorridors", zegt Lenzholzer. "We weten waar de koude luchtstromen 's nachts ontstaan en in je stadsplanning kun je daar rekening mee houden. Maar dat kan dan wel alleen in steden waar hoogteverschillen zijn."
Stuttgart is een voorbeeld van een stad waar ze dit soort luchtcorridors hebben. De stad doet al ruim 80 jaar onderzoek en verricht allerlei metingen in de stad. Daar is sprake van een langetermijnplanning. Lenzholzer woont zelf in Arnhem en ziet dat ze daar ook bezig zijn met luchtcorridors.
Maar lopen we in Nederland dan niet een beetje achter? "Er zijn wel landen waar meer onderzoek is gedaan. Maar eigenlijk hobbelt iedereen achter de feiten aan", zegt Lenzholzer. "Ik ben wel blij dat er nu een momentum is en dat steeds meer gemeenten in Nederland doordrongen zijn van het feit dat we iets moeten gaan doen."
Zowel Lenzholzer als Klok vinden dat het nog altijd ontbreekt aan een samenhangend ruimtelijk plan. "In de winter zijn we weer vergeten dat het zo heet kan worden en verslapt de aandacht voor het probleem", zegt Klok. "Terwijl er toch honderden mensen overlijden door de warmte. Er is echt een integrale aanpak nodig, waarbij mensen uit de zorg, architecten en de ruimtelijke planning samenwerken."
Stapje terug
Of er landen zijn waarvan we kunnen leren op dat gebied? "Daar kan ik zo snel even geen voorbeeld van bedenken, maar in warme landen, bijvoorbeeld in Zuid-Europa, zit die aanpak wel al in de cultuur. Het zou ook in Nederland meer geoorloofd moeten zijn om even een stapje terug te zetten als het warm is."