Nog altijd worden in Nederlandse slachthuizen varkens levend verdronken in gloeiend heet water. Bijna vier jaar nadat RTL Nieuws voor het eerst deze misstand had aangetoond, komt het nog regelmatig voor, blijkt uit rapporten van de Nederlandse Voedsel- en Waren Autoriteit (NVWA).
Daaruit blijkt ook dat de inspecteurs van de NVWA lang misstanden door de vingers zien en in sommige gevallen pas na lange tijd een rapport schrijven. Daarnaast valt op dat slachthuizen slecht luisteren naar aanwijzingen van NVWA-medewerkers.
Varkens in Nood
Dierenrechtenorganisatie Varkens in Nood vroeg bij de NVWA de rapporten op over welzijnsovertredingen die zijn opgesteld door NVWA-inspecteurs. In vijf gevallen werd geconstateerd dat een varken levend een zogenoemde broeibak met heet water in was gegaan. "Daar is het dier ernstig verbrand en uiteindelijk verdronken. Dit veroorzaakt onnodig en vermijdbaar lijden", schreef een van de inspecteurs.
Misstanden met de broeibak kwamen voor het eerst in 2017 naar buiten door een schokkend filmpje uit een Belgische slachterij. Hoewel de staatssecretaris destijds zei dat zoiets in Nederland niet voorkwam, bleek dat in 2018 wel het geval. Ondanks geschokte reacties uit de politiek destijds kwam het nog steeds voor in 2020, en nu twee jaar later dus weer.
Wat is een broeibak?
Een broeibak is een grote bak met water dat 60 graden warm is. Het zorgt ervoor dat de haren makkelijker van het lichaam van het varken afkomen. Het is de bedoeling dat een varken dood is voordat het in deze bak terecht komt.
Daarom wordt een varken eerst bedwelmd, vaak door ze in een ruimte met CO2-gas te zetten. Daarna worden ze door een slachtmedewerker doodgestoken, waardoor ze doodbloeden en de broeibak in kunnen. Maar soms overlijdt het varken niet, doordat de CO2 niet gewerkt heeft en/of de slachter niet op de correcte plek heeft gesneden. Daardoor kunnen varkens levend in 60 graden heet water verdrinken.
21 rapporten
De NVWA-inspecteurs stelden in de periode 2019/2020 21 rapportages op, omdat slachterijen welzijnsregels overtraden. Dat klinkt als een klein aantal als je weet dat er in die twee jaar miljoenen varkens zijn geslacht in Nederland. Tegelijkertijd maken de documenten ook duidelijk dat de inspecteurs lang wachten met het schrijven van een rapport.
Zo constateerde een inspecteur een keer dat in een slachthuis niet goed werd gecontroleerd of varkens correct worden doodgestoken. De medewerker die dat moest doen stond namelijk op een verkeerde plek en kon daardoor 'niets zien'. In het rapport constateerde de inspecteur dat ze dat 'een half jaar geleden' ook hadden besproken, maar er niets is gebeurd. En ook na een nieuw gesprek veranderde er niets. "Ik heb een week de tijd gegeven. In deze week is er geen oplossing gekomen, daarom schrijf ik nu dit rapport."
Te klein hok
Een ander slachthuis stopte meerdere keren te veel varkens bij elkaar in een hok. Een inspecteur telde 91 varkens in een hok waar er 70 in passen. Varkens konden niet in een natuurlijke houding liggen of staan en konden niet drinken. De inspecteur schreef dat 'meerdere keren gelijksoortige situaties als bovenbeschreven' waren aangetroffen in dit slachthuis. "Ik heb telkens aangegeven dat dit niet toegestaan was. Het slachthuis nam tot nu toe niet de nodige maatregelen." In het rapport zit ook een foto van de stal.
Een aantal van de varkens die beschreven werden door de inspecteur, waren van het Beter Leven Keurmerk. Het vlees van deze varkens lag met drie sterren in de supermarkt, zo blijkt uit documenten bij het rapport.
Een andere keer constateert een NVWA-inspecteur 's ochtends dat iemand in de slachterij zijn werk niet goed doet, wat leidt tot 'ernstig vermijdbaar lijden' bij de dieren. Die persoon bleek bovendien niet over de juiste diploma's te beschikken om dit werk te mogen doen. De inspecteur sprak daar de leidinggevende van de man op aan. Maar die zei dat hij het 'niet met de regelgeving eens was'. De ongediplomeerde man bleef gewoon aan het werk, constateerde de inspecteur in zijn rapport.
Boetes?
Uit de opgevraagde stukken is niet duidelijk of de slachthuizen voor de geconstateerde welzijnsovertredingen een boete hebben gekregen. Deze rapporten zijn opgesteld door inspecteurs, maar een ander onderdeel van de NVWA beoordeelt ze vervolgens. Die afdeling bepaalt dan of er een sanctie volgt voor het bedrijf.
Uit de rapporten blijkt dat het toezicht in slachthuizen door middel van camera's in een aantal gevallen geleid heeft tot het constateren van een overtreding. Zo zag een inspecteur hoe een varken met een gebroken poot aan de kant werd geschoven en twee uur lang aan zijn lot werd overgelaten door slachthuismedewerkers.
Toch is Varkens in Nood niet te spreken over het huidige cameratoezicht. De beelden blijven namelijk in het bezit van het slachthuis en de NVWA moet er heen om de beelden te bekijken. De dierenrechtenorganisatie wil verplicht en onafhankelijk toezicht waarbij de NVWA, vanaf een externe locatie, rechtstreeks kan meekijken op de camera's.