Treinkaper De Punt Junus Ririmasse overleden

Ririmasse was 27 jaar oud toen hij in de intercity van Assen naar Groningen bij het dorp De Punt aan de noodrem trok. Hij wilde aandacht voor de situatie van Molukkers in Nederland. Samen met zijn gewapende medekapers eiste hij een onafhankelijke Zuid-Molukse republiek waar de Molukse gemeenschap uit Nederland kon wonen.

Op 11 juni 1977 maakten mariniers en de luchtmacht met geweld een einde aan de treinkaping, die toen al drie weken duurde. Bij die bevrijdingsactie, waarvoor opdracht werd gegeven door de regering, kwamen twee gegijzelde passagiers en zes kapers om het leven.

Executie van de kapers

Ririmasse noemde het doden van zijn vrienden een 'executie'. "Ik had tien kogels in mijn rug", vertelde hij in een interview met RTL Nieuws in 2016, bij de start van een rechtszaak over een schadevergoeding van de staat voor de gewelddadige beëindiging van de kaping. "Die kogels, was dat alleen maar om te arresteren, om aan te houden? Nee toch?"

Geen schadevergoeding

Dit jaar besloot het Gerechtshof in Den Haag dat de Nederlandse staat geen schadevergoeding aan de nabestaanden van twee overleden kapers hoeft te betalen. 

De Nederlandse staat heeft altijd ontkend dat er sprake was van executies en onrechtmatig geweld. Het hof is het daarmee eens. "Het was een chaotische situatie in de trein en het zicht was slecht." De rechter zei dat mede hierdoor en omdat het al lang geleden is, niet meer exact te herleiden is wat er in 1977 gebeurde. "Er blijft onzekerheid bestaan. Bij twijfel kunnen de vorderingen niet toegewezen worden."

Hiermee kwam toen een einde aan de zaak, maar niet aan de kwestie. Die leeft voor veel Molukkers nog steeds.