Na meer dan 25 jaar is het eindelijk zover: een nieuwe Nederlandse robotarm is aangekomen bij het internationale ruimtestation ISS. De zogenoemde European Robotic Arm (ERA) werd ruim een week geleden gelanceerd.
Er is meer dan 25 jaar aan de robotarm gewerkt. De arm zou eigenlijk al in 2002 naar het ruimtestation worden gebracht, maar de missie werd meerdere keren uitgesteld. Nu is het eindelijk zover.
De arm is aan boord van de Nauka-module naar het ISS gebracht. Nauka is een nieuw Russisch deel van het ruimtestation, dat gebruikt kan worden als laboratorium en koppelpunt voor ruimtevaartuigen.
Problemen na de lancering
Nauka en de Nederlandse robotarm werden vorige week woensdag door de Russische ruimtevaartorganisatie gelanceerd in Kazakhstan. Rond 15.30 uur koppelde de nieuwe module zich vast aan het ruimtestation.
Na de lancering was het nog spannend of de module wel bij het ISS aan zou komen. Er waren communicatieproblemen en de belangrijkste motor was uitgevallen. Uiteindelijk lukte het de vluchtleiding om de koers van de module te corrigeren, en kon Nauka met wat vertraging het ISS bereiken.
Ook tijdens het koppelen met het ruimtestation viel de verbinding met de module zo nu en dan weg, maar het lukte kosmonaut Oleg Novitskiy om de module veilig aan het ruimtestation te koppelen.
Als een rups
De European Robotic Arm kan zich straks als een rups over de buitenkant van het ruimtestation voortbewegen. De arm kan bemanningsleden naar hun werkplek tillen en als een hijskraan materieel voor experimenten in de ruimte neerzetten.

De arm kan ook de buitenkant van het ruimtestation inspecteren op beschadigingen. Dat betekent dat de mensen aan boord minder gevaar lopen.
Om plaats te maken voor de nieuwe Nauka-module moest een ander Russisch deel van het ruimtestation worden verwijderd. Deze module werd afgelopen maandag losgekoppeld, en brandde maandagmiddag op in de atmosfeer boven de Stille Oceaan.