Lodewijk Asscher wil niet opstappen als leider van de Partij van de Arbeid, ondanks zijn rol in de kinderopvangtoeslagaffaire. Dat schrijft hij in een brief aan alle partijleden.
Achter de schermen ontstond binnen de PvdA een felle discussie over de positie van Lodewijk Asscher, vanwege zijn rol in de toeslagenaffaire. Na een snoeihard rapport hierover vroegen kritische leden zich af of hij wel lijsttrekker kan blijven. "Trek je conclusie, Lodewijk!", klonk het in december.

In de toeslagenaffaire werden duizenden ouders onterecht als fraudeur bestempeld door de Belastingdienst. In sommige gevallen moesten ze tienduizenden euro's terugbetalen, met alle gevolgen van dien. Asscher was destijds, tussen 2012 en 2017, minister van Sociale Zaken.
In de brief schrijft Asscher volgens de NOS dat de affaire haaks staat op zijn drijfveer om politicus te zijn. "Namelijk zorgen voor een samenleving waarin we eerlijk en fatsoenlijk met elkaar omgaan. En waar ieder mens veilig zichzelf kan zijn. Daarom wil ik vooropgaan in de strijd voor een nieuwe verzorgingsstaat."

De politicus bood in december op Facebook uitgebreid zijn excuses aan over zijn eigen rol in de toeslagenaffaire. "De constateringen over mijn eigen rol hierin zijn pijnlijk en vervullen me met schaamte."
Hardvochtige wetgeving
"Wat ik niet goed heb gezien, is dat er naast de 'reguliere' terugvorderingen, ook onterechte terugvorderingen waren. En zoals ik ook in mijn verhoor door de commissie heb gezegd, zie ik nu dat er verschillende momenten geweest zijn waar ik had kunnen doorvragen om beter te begrijpen hoe hardvochtig de wetgeving op dit punt uitpakte voor sommige mensen. Dat heb ik niet genoeg gedaan."
Asscher haalde aan dat het kabinet anderhalf jaar geleden, formeel ook namens hem, excuses heeft gemaakt. "Maar ik wil ook persoonlijk mijn excuses aanbieden aan iedereen die hierdoor geraakt is."
Natasja ziet niks van 30.000 euro toeslagenaffaire: 'Al een ton schuld'
