Ic-afdelingen gaan op grote schaal informatie uitwisselen

Nederlandse intensive cares gaan op grote schaal gegevens met elkaar delen. Het gaat om informatie uit apparaten zoals beademingsmachines, dialysemachines en diagnoses uit patiëntendossiers. De coronapandemie gaf de aanzet tot het plan.
Dat maakten de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care (NVIC) en het Amsterdam UMC gisteren bekend. Door op grote schaal gegevens uit te wisselen, beschikt een ic-arts, die normaal gesproken 'slechts' honderden patiënten per jaar ziet, over informatie over duizenden patiënten. Daardoor kunnen aan het bed betere beslissingen worden genomen.
Bloeddruk voorspellen
In de toekomst zouden algoritmen mogelijk op basis van de verzamelde gegevens kunnen helpen bij het maken van keuzes. Computers zouden bijvoorbeeld kunnen voorspellen wanneer bij iemand de bloeddruk naar beneden gaat. Nu moeten verpleegkundigen dat constant in de gaten houden.

Hoofd intensive care Gommers: sla kerst maar een jaartje over
Het plan is min of meer uit nood geboren door de coronapandemie, waardoor ic's veel gegevens met elkaar zijn gaan delen. "Daardoor weten we nu veel preciezer hoe we moeten beademen en welke medicijnen werken", zegt Diederik Gommers, voorzitter van de NVIC.
Bij de uitwerking van het plan wordt privacy van patiënten in acht genomen, zo wordt benadrukt. Alleen gegevens die niet zijn te herleiden tot individuele personen, worden verzameld.
45 ic-afdelingen
Nederland is het eerste land dat op grote schaal landelijke ic-data gaat analyseren. Inmiddels hebben 45 van de 75 Nederlandse intensive care-afdelingen zich bij de samenwerking, die in ieder geval vijf jaar duurt, aangesloten. Zorgverzekeraars steunen het plan.
"Het was geweldig om te zien dat zo’n beetje alle Nederlandse ic’s meteen wilden meedoen", zegt Paul Elbers, ic-arts van het Amsterdam UMC. "Logisch dus om die samenwerking voort te zetten, want ook buiten corona kunnen we veel van elkaar leren."
