Door de coronacrisis is het tekort aan stage- en leerwerkplekken voor mbo'ers gegroeid tot 19.000 plekken. Zorgwekkend, zeggen mbo-organisaties en GroenLinks. Het kabinet heeft al 20 miljoen euro uitgetrokken, maar dat is niet genoeg, vinden zij. "We moeten leren van de vorige crisis."
Stagelopen in de horeca, op de sportschool of in de winkel: voor mbo'ers die daarop hun zinnen hadden gezet, gooit de coronacrisis roet in het eten.
Niet verder met opleiding
Het tekort aan plekken is al opgelopen tot meer dan 19.000. Bij de vorige crisis (in 2008) bleek dat stagetekorten in crisistijd leiden tot arbeidstekorten als de economie weer aantrekt. En dat moeten we voor zijn, vindt GroenLinks.
"Als er één ding duidelijk is geworden in deze crisistijden, is het dat onze samenleving gedragen wordt door praktisch opgeleide mbo-studenten. Daar moeten we nu van leren", vindt Niels van den Berge van GroenLinks.

Volgens de Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs (JOB) kunnen leerlingen doordat ze geen stage hebben niet verder met hun opleiding.
Meer plekken in vitale sectoren
Het kabinet heeft al 20 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de gevolgen die de coronacrisis heeft op stageplekken. Maar volgens GroenLinks is er meer nodig. De partij roept op om een stagefonds op te richten voor de vitale sectoren. Bedrijven die actief zijn in de zorg, veiligheid en logistiek moeten door het kabinet ondersteund worden om meer stageplekken te creëren.
Ook moeten studenten die zich willen laten her- of omscholen naar een vitaal beroep meer ondersteuning krijgen. Vandaag praat de Tweede Kamer over de stageproblemen in het mbo.