Ga naar de inhoud
Gespreksnarcisme

We hebben het in een gesprek 't liefst over onszelf: 'En dat is zonde'

"We hebben allemaal wel een beetje last van gespreksnarcisme." Beeld © Getty

In een gesprek hebben we het liever over onszelf dan over een ander. We lijden allemaal een beetje aan 'gespreksnarcisme'. "En dat is zonde, want zo bouw je nooit iets op met iemand."

Je zit op een verjaardag, in de sporthal, in een kroeg, op school, op je werk of op een bankje in je wijk, en je vertelt iets aan iemand. En diegene reageert meteen met: "Oh! Dat had ik ook een keer!" Of: "Dat herken ik!"

Vermoedelijk voor veel mensen een herkenbare, uit het alledaagse leven gegrepen scène. Want: we zijn betere praters dan luisteraars. Dat schrijft de Amerikaanse journaliste Kate Murphy in haar nieuwe boek Je luistert niet, waarvoor ze onderzocht waarom mensen zo slecht kunnen luisteren, en wat luisteren een mens op kan leveren.

Murphy komt in haar boek met een term op de proppen voor mensen die het 't liefst over zichzelf hebben: gespreksnarcisme. 

'Slechte luisteraars'

"We praten doorlopend over onszelf", zegt Noëlle Aarts, hoogleraar socio-ecological interactions aan de Radboud Universiteit. Ze is gespecialiseerd in gesprekken en merkt op dat we vaak slechte luisteraars zijn. 

De
Lees ook:
De populairste apps voor videobellen met vrienden en familie

"Ik heb nogal wat dialoogtrainingen gegeven, en dan blijkt telkens weer dat praten niet zo'n probleem is. Maar zwijgen en je oren gebruiken... Dat was een ander verhaal. Mensen zijn echt in staat om in een split second het gesprek om te draaien naar zichzelf."

De bedoeling is goed

Maar hoe komt dat, dat we altijd graag over onszelf praten en het gesprek 'kapen'? "We bedoelen het vaak goed", zegt Aarts. "Als jij mij iets vertelt, dan vertel ik jou dat ik óók zoiets heb meegemaakt, omdat ik verbinding wil maken, een blijk van begrip wil laten zien."

Praat
Lees ook:
Praat met me: zo heb je een écht goed gesprek

Aarts noemt het een 'fundamentele behoefte'. "Als we een verhaal vertellen, dan komt er een prethormoon in ons brein vrij. We voelen ons er goed door, en krijgen het gevoel dat we ertoe doen."

"Als je een verhaal vertelt, vormt dat ook tegelijk je identiteit", zegt José Sanders, hoogleraar verhalende communicatie aan de Radboud Universiteit. Met andere woorden: we worden een beetje wat we vertellen. "En dat gebeurt door praten; het luisteren ondersteunt die identiteitsvorming."

Wat je niet moet doen…

Volgens wetenschapper Noëlle Aarts is het belangrijk om niet meteen je mening te verkondigen als iemand je iets vertelt. "Soms beginnen mensen heel duidelijk en hard, en dan zul je merken dat mensen vanzelf, als je ze laat uitpraten, hun mening uitleggen en nuanceren. Je moet ze alleen de ruimte geven."

Een grote valkuil voor mensen die een gesprek op gang willen houden, is dat ze mensen als het ware mensen gaan ondervragen. Zoals een journalist, of een rechercheur. "Dat is echt vreselijk", zegt Sanders. "Daar zitten veel mensen niet op te wachten."

Oefenen

Het vergt volgens haar oefening en bescheidenheid, en een beetje aanvoelen. "Het is ook goed om te beseffen dat lang niet iedereen over zichzelf wíl vertellen. Het is een kwestie van aftasten hoeveel ruimte de ander wil nemen."

Wie overigens bang is dat zijn gesprekspartner te veel ruimte pakt, kan dat idee laten varen. Aarts: "Er zijn mensen die niet ophouden met praten als ze eenmaal zijn begonnen, maar de meesten corrigeren zichzelf vrij rap. Er komt bijna wel altijd een moment dat ze vragen: en hoe zit dat bij jou?"

Het gevolg van gespreksnarcisme is dat je juist géén verbinding maakt. Zo zegt Aarts: "Eigenlijk heb je de ander alleen jouw eigen verhaal opgedrongen, terwijl diegene misschien zijn éigen verhaal kwijt wilde."

Jaren doorgaan

De Amerikaanse journaliste Murphy stelt in haar boek dat als je goed luistert naar mensen, je binnen twee maanden een vriendschap hebt opgebouwd. Vertel je alleen maar, dan kun je daar járen mee doorgaan zonder verbinding te krijgen met mensen. 

"Ik geloof daar ook echt in", zegt Aarts. "We moeten belangstelling opbrengen voor andere mensen. Als je anderen laat vertellen, dan krijg je die verbinding. Bovendien leer je iets nieuws als je anderen hoort praten, en niet als je jezelf hoort vertellen."

Verwaterde
Lees ook:
Verwaterde vriendschap of vage kennis? Dit is hét moment om ze op te zoeken

Met andere woorden: we moeten beten leren luisteren, volgens deze twee hoogleraren. Maar: hoe doen we dat? 

"Het is erg moeilijk om gewoon te besluiten: vanaf nu ga ik goed luisteren", zegt Sanders. "Maar als je verbintenissen wilt aangaan, iets met iemand wilt opbouwen, dan moet je systematisch interesse tonen in de ander." Het liefst ongeveinsde interesse, maar zelfs als je die interesse niet voelt, helpt het om je voor te nemen om goed te luisteren.

"Ook als je denkt: wat zou deze persoon me te vertellen hebben, kunnen er mooie dingen uit voortkomen."

Het werkt

"Iedereen heeft wel een verhaal", zegt Aarts. Het gaat volgens haar 'tegen onze neiging in' om te luisteren, maar soms kun je jezelf wel expliciet voornemen: nu ga ik het niet over mezelf hebben. "Hou je gewoon in. En train jezelf in het stellen van vragen."

Sanders benadrukt dat open vragen ('schone vragen' in de wetenschap) het belangrijkst zijn. Vertel eens? Hoe was dat voor jou? Wat gebeurde er toen? Waarom was dat, denk je?

In die vragen zit geen antwoord opgesloten, en op die manier nodig je de ander uit om een verhaal te vertellen.

Prachtig

"En dan zul je merken dat die persoon niet alleen zijn of haar verhaal vertélt, maar ook zijn of haar verhaal ter plekke 'vindt' en, verwoordt. Je gesprekspartner maakt het verhaal waar je bij bent. Met jouw hulp."

En dat is, zo zegt Sanders, het moment waarop verbinding ontstaat. "Prachtig, toch?"