Basisschooldirecteuren zijn diep verdeeld over het heropenen van de scholen na de meivakantie. De helft van de schoolleiders vindt dat de scholen ook na deze maand nog dicht moeten blijven. Dat blijkt uit een rondgang van RTL Nieuws langs meer dan 150 schoolleiders in het hele land.
Als reden om de scholen dicht te houden geven schoolleiders aan dat eerst grondig moet worden onderzocht hoe het zit met de besmettelijkheid van kinderen en het coronavirus.
Ook zitten scholen in hun maag met de beschikbaarheid van leerkrachten: sommige leraren vallen binnen de risicogroep en blijven liever thuis zolang ze besmet kunnen worden. Voor de leerkrachten die wel werken, willen schoolleiders garanties dat er voldoende beschermingsmiddelen zijn, zoals mondkapjes en hygiënegel.
Kabinetsbesluit
Het kabinet besluit hoogstwaarschijnlijk dinsdag of en hoe de scholen en kinderdagverblijven na de meivakantie weer open kunnen. Wat daarbij nog een rol speelt, is de uitkomst van RIVM-onderzoek naar de besmettelijkheid van kinderen.
Volgens het Outbreak Management Team (OMT), dat het kabinet adviseert, zou het openen van de scholen waarschijnlijk kunnen leiden tot meer besmettingen tussen kinderen en hun ouders. Maar, het OMT gaat ervan uit dat het niet leidt tot een toename van bezette bedden op de intensive care.
Op deze basisschool wordt weer les gegeven
Verdeeld
Directeuren van basisscholen zijn verdeeld. De helft geeft aan dat het goed zou zijn als scholen eind deze maand weer open gaan, maar voor de andere helft is het nog te vroeg om het onderwijs op school te hervatten.
Schoolleiders worstelen met dilemma's en hebben twijfel of de situatie het al toelaat om open te gaan. "De risico's zijn nog niet allemaal onderzocht. En het is ook belangrijk om te weten of ouders wel willen dat hun kind naar school gaat", zegt directeur Vivian de Heer van basisschool 't Prisma in Rijswijk.
Volgens veel schooldirecteuren valt niet uit te leggen dat leerkrachten hun kleinkinderen niet mogen zien vanwege de kans op besmetting, maar straks wel voor de klas mogen staan om les te geven.

'Niet gek maken door onderbuikgevoel'
De andere helft van de schoolleiders kunnen juist niet wachten tot hun school weer open kan. "Als het RIVM op basis van de wetenschap aangeeft dat het verantwoord is, is het verantwoord. We moeten ons niet gek laten maken door ons onderbuikgevoel", zegt schooldirecteur John van Assouw.
Hij leidt twee scholen in Gelderland. "De behoefte aan menselijk contact is groot bij kinderen, ze willen weer in verbinding staan met vriendjes en hun juf of meester."

Over één ding zijn de schoolleiders het wel eens: 1,5 meter afstand bewaren is op de basisschool niet te realiseren, zegt 97% van de schooldirecteuren.
Klaslokaal meten
"We hebben uitgemeten dat er dan maximaal 9 kinderen in een lokaal kunnen. Dat betekent dat je in drie shifts onderwijs moet geven. Dat levert een zeer beperkte winst op ten opzichte van onderwijs op afstand en brengt een hele serie uitdagingen met zich mee", zegt een van de schoolleiders.
Veel schooldirecteuren zien dat schoolgebouwen niet zijn ingericht op het houden van die afstand tot elkaar. Ook de leeftijd van de kinderen speelt een rol. "Bij de kleuters is dit in ieder geval een probleem. Die volgen hun hart en niet de coronaregels", reageert een van de directeuren.
Anderen zien wel mogelijkheden bij leerlingen in de bovenbouw, bijvoorbeeld door het maken van een-richting looppaden en het beperken van het gebruik van smalle ruimtes zoals een toilet.
Voorbereidingen in volle gang
Scholen zijn in afwachting van een kabinetsbesluit dinsdag bezig met voorbereidingen om het onderwijs te hervatten. Zo bekijken scholen of ze klassen en lessen kunnen opdelen. "De ene helft gaat 3 uur per dag naar school in de ochtend en de andere helft 3 uur per dag in de middag", zegt een van de schoolleiders.
Andere scholen kijken of ze hun schoolgebouwen anders kunnen indelen om ruimte te winnen.

Weer aan de gang
Op basisschool 't Talent in Schijndel hebben ze inmiddels een manier gevonden om op kleine schaal weer op school les te geven. Daar krijgen per klas drie leerlingen tegelijk les. "Er wordt heel positief op gereageerd. Mensen zijn blij dat zij worden ontlast en kinderen onderwijs krijgen", zegt locatieleider Martin van Meurs.