Steeds meer kleding die we recyclen, is niet meer bruikbaar omdat te veel afval in de textielbakken wordt gegooid. Maar wat gebeurt er eigenlijk met de textiel in de bakken? Wie denkt dat alle oude kleding bij andere mensen een tweede leven krijgt, komt bedrogen uit.
"Doordat steeds vaker restafval in de kledingcontainers komt, verdwijnt een groot gedeelte van goede kleding in de afvalverbrandingsoven", vertelt Roderick Ferrari van Vereniging Herwinning Textiel (VHT). "Textiel is een kwetsbaar product. Daarom moet je het in een gesloten plastic zak inleveren, maar veel mensen weten dit niet of doen het niet."
Wat is het probleem?
Nederland zamelt jaarlijks 75 miljoen kilo textiel in, maar de kwaliteit van het materiaal gaat de laatste vier jaar hard achteruit. Dit komt voornamelijk omdat mensen huishoudelijk restafval in de kledingbakken gooien. Tussen 12,5 en 15 procent van de afval in de bakken is vervuild. Vier jaar geleden was dit nog maar 8 procent.
Dit komt volgens de VHT vooral door de ondergrondse containers. Die worden mechanisch geleegd, waardoor pas bij de sorteerbedrijven wordt gezien dat veel textiel niet bruikbaar is. Daarnaast zorgt het afvalbeleid van de gemeente voor meer vervuiling. In gemeentes waar huishoudens moeten betalen voor het restafval, dumpen bewoners hun restafval vaker in de gratis textielcontainers.
Poetslappen of hoedenplanken
Rob Lenting is bedrijfsleider bij Gebotex, een textielsorteerbedrijf. Per dag verwerkt het 80.000 kilo textiel. Maar bij het bedrijf staat ook een glasbak, want steeds vaker zitten er lege flessen tussen het textiel. Maar ook tapijten, strijkijzers of slaapzakken. "We proberen voor alles wat binnenkomt een bestemming te vinden. Dat lukt bij meer dan 90 procent van de producten. Van de 10 procent die overblijft, vinden we voor de helft een nieuwe bestemming."
De mooiste en beste kleding wordt doorverkocht. Daar verdient het bedrijf het meeste geld mee. Zijn de shirtjes te verwassen of is kleding stuk, dan probeert Lenting klanten te vinden die het textiel kunnen recyclen. "Het kan dan nog gebruikt worden als poetslappen, of de automotive-industrie maakt er bijvoorbeeld hoedenplanken van."
De verbrandingsoven
Dan is er nog het laatste stadium: de verbrandingsoven. Kleding die niet meer gebruikt kan worden, verdwijnt. Vocht is de grootste boosdoener. "Mensen gooien natte kleding in de bakken, de bakken zijn niet goed afgesloten waardoor er regenwater bijkomt, of er zit een lek in het zeil van de vrachtwagen. Er zijn verschillende redenen, maar natte kleding gaat schimmelen en dan kunnen wij er niets meer mee."
Er is nog één ander voorwerp waarbij het vaak misgaat: schoenen. "We hebben honderden kilo's per dag aan linker- en rechterschoenen. Voor alles bij ons komt, is het al twee of drie keer overgeladen. Als mensen hun schoenen niet aan elkaar binden, gaan veel schoenen verloren."
'Gedrag van mensen moet veranderen'
Niet alleen in textielbakken komt vervuiling voor, ook in de glas- en papierbakken, zegt Maarten Bakker, onderzoeker resources en recycling aan de TU Delft. Een oplossing is niet in zicht. "Het gedrag van mensen moet veranderen, en dat is ontzettend lastig. Daarnaast heeft elke gemeente andere regels. Een landelijke oplossing zou beter werken."
Het werkt volgens Bakker averechts als gemeentes geld vragen voor de verwerking van restafval. "Ik ben meer voor een systeem waarin mensen deelgenoot worden gemaakt van het probleem. Een hele container is ongeveer drie kubieke meter. Als iemand daar één zak compost ingooit, kun je een derde van het textiel weggooien. Als een gemeente transparanter communiceert, door bijvoorbeeld te vertellen dat afgelopen maand 20 procent niet gerecycled is omdat het te vervuild was, creëer je meer bewustwording en hopelijk gedragsverandering."

Ministerie: belangrijke rol voor gemeenten
"De kledingindustrie is een van de vervuilendste ter wereld", reageert staatssecretaris Stientje van Veldhoven van Milieu. "Voor het maken van één T-shirt of spijkerbroek zijn duizenden liters water nodig, en het produceren van kleding brengt veel CO2-uitstoot met zich mee. Het is dus hard nodig dat we de grondstoffen uit kleding gaan hergebruiken."
"Mijn ministerie werkt samen met onder andere gemeenten, de sector en maatschappelijk partijen aan het verbeteren van de inzameling, sortering en recycling van kleding. Gemeenten hebben daarbij een belangrijke rol. Zij zijn verantwoordelijk voor de inzameling van restafval en beheren de afvalbakken. Zij zien dus ook in de praktijk wat wel en niet werkt. Maar ik roep hierbij ook iedereen thuis op: benut de kledinginzamelbakken waarvoor ze zijn bedoeld."