Het grootschalige DNA-verwantschapsonderzoek in de zaak-Nicky Verstappen heeft geleid tot een doorbraak. Voor de dood van de 11-jarige jongen in 1998 is een verdachte in beeld. Het gaat om een 55-jarige man, die in 1998 in Simpelveld woonde. De politie weet niet waar hij nu is.
De man werd in augustus 1998 staande gehouden op de Brunssummerheide, waar toen onderzoek werd verricht op het plaats delict. Hij is daarna nog twee keer als getuige gehoord. Er werden toen geen aanwijzingen gevonden dat hij betrokken was bij de dood van Nicky Verstappen.
Het onderzoek leverde een duidelijke DNA-match op:
Verdachte nog in leven
Het Openbaar Ministerie gaat ervanuit dat de man nog in leven is. "Alle opsporingshandelingen zijn erop gericht om hem te vinden en aan te houden", aldus hoofdofficier Jan Eland.
Meer dan 15.000 mannen hebben begin dit jaar DNA afgestaan in het grootste DNA-verwantschapsonderzoek dat ooit in Nederland is gehouden.
Vermoord tijdens jeugdkamp
Verstappen werd in augustus 1998 tijdens een jeugdkamp op de Brunssummerheide vermoord. Hij was daar met andere kinderen uit het Limburgse kerkdorpje Heibloem.
In 2011 liet justitie het graf openen van de man die destijds leider was van het zomerkamp. Maar DNA-vergelijking sloot hem als dader uit. Ook bij honderd mannen uit de omgeving van Nicky, onder wie de begeleiders van het zomerkamp, werd toen wangslijm afgenomen. Dat leverde niets op.
Toepassing DNA-verwantschapsonderzoek in strafrecht
DNA-verwantschapsonderzoek is mogelijk sinds 2012. De technische mogelijkheden bestonden al langer en werden onder meer gebruikt in vermissings- en familiezaken. Zes jaar geleden werd wetgeving van kracht waardoor toepassing ook in het strafrecht mogelijk werd.
Sindsdien werden ook de daders van de moorden op Milica van Doorn en op Marianne Vaatstra op die manier gevonden.