Er moeten de komende jaren veel meer windmolens komen in Nederland. Zowel op zee als op land. En goed nieuws: burgers gaan meedelen in de opbrengsten van de windmolens.
Dat blijkt uit het laatste concept van de bijdrage van de zogenoemde 'sectortafel Elektriciteit aan het klimaatakkoord', dat in handen is van RTL Nieuws.
In totaal moet er van windmolens op zee 49 terrawatt-uur (TWh) extra komen en van hernieuwbare energie op land uit zon en wind nog eens 35 TWh. Dat gaat verder dan de huidige plannen van het kabinet.
Ter vergelijking: ons huidige totale elektriciteitsverbruik per jaar ligt op ongeveer 120 TWh. Maar 15 procent daarvan (zo’n 18 TWh) komt uit hernieuwbare energie. De kosten voor het opwekken van hernieuwbare energie moeten wel flink omlaag, schrijven de deelnemers.
Financieel meeprofiteren
Waar aan de sectortafel 'Gebouwde omgeving' plannen ontstaan die burgers geld gaan kosten als ze niet snel genoeg verduurzamen, kiest de tafel Energie voor een andere weg. 'Participatie', schrijven de deelnemers, is 'van groot belang voor de ruimtelijke inpassing van de energietransitie en daarmee voor de uitvoerbaarheid'. En dat betekent volgens de deelnemers ook financieel meeprofiteren.
Initiatiefnemers van hernieuwbare energieprojecten moeten zo veel mogelijk ook omwonenden mee laten profiteren van hun projecten. Wie de lasten van bijvoorbeeld een windmolen (geluidsoverlast, horizonvervuiling) moet dragen, moet er ook de voordelen van kunnen voelen, is de gedachte.
Op kleine schaal gebeurt dit al. Zo hebben omwonenden van de snelweg A16, waarlangs in 2020 28 windmolens gebouwd worden, een overeenkomst gesloten waarin is afgesproken dat zij een kwart van de opbrengsten van die windmolens krijgen.
Meer op rtlnieuws.nl: