Ga naar de inhoud
Nederland

Minister Hoekstra zoekt naar aanpak salarisverhoging ING-topman

Minister Wopke Hoekstra van Financiën. Beeld © ANP

Minister Wopke Hoekstra van Financiën zoekt naar 'wettelijke of niet-wettelijke' maatregelen om te voorkomen dat ING-topman Ralph Hamers een forse salarisverhoging krijgt. "ING is geen koekjesfabriek maar een financiële instelling."

Hoekstra zei voor aanvang van een bijeenkomst van de Eurogroep in Brussel dat de salarisverhoging 'het vertrouwen ondermijnt in de banken in zijn geheel en ING in het bijzonder'. De minister wil kijken wat er kan worden ondernomen om 'iets aan dit soort situaties te doen'.

Zijn opmerking staat los van het plan van GroenLinks-leider Jesse Klaver. Die zei gisteren in het televisieprogramma Buitenhof dat hij een spoedwet wil om de salarisverhoging van Hamers tegen te houden. Hoekstra zei vandaag dat 'het kabinet echt wil dat ING dit van tafel haalt'. 

Spoedadvies

Overigens moeten de aandeelhouders van ING de beloning, die van 2 miljoen naar 3 miljoen euro per jaar gaat, op 23 april nog goedkeuren. De beleggersvereniging VEB schat de kans groot in dat zij dit doen. 

Klaver wil het wetsvoorstel uiterlijk vrijdag afhebben, zodat het naar de Raad van State kan worden gestuurd voor een spoedadvies. Op die manier kan de wet voor de aandeelhoudersvergadering van ING door de Tweede en Eerste Kamer worden behandeld. 

Goedkeuring

Klaver stelt onder andere voor dat salarisverhogingen van bestuurders van belangrijke banken voortaan moeten worden goedgekeurd door de minister van Financiën. Ook premier Rutte zei vrijdag dat systeembanken niet dezelfde vrijheden hebben om de beloning van bestuurders vast te stellen als andere bedrijven, omdat ze een soort 'semi-overheidsinstellingen' zijn.

Als ze in de problemen komen, kunnen ze de overheid namelijk om hulp vragen. Die zal niet snel weigeren, omdat de gevolgen van problemen bij zo'n bank te groot kunnen zijn. Zo schoot de Nederlandse overheid ING in 2008 te hulp met 10 miljard euro aan kapitaalsteun. In 2014 werd het laatste deel terugbetaald.

De leider van GroenLinks deed 'een dringende oproep' aan andere partijen in de Tweede Kamer om in te stemmen met de wetswijziging. "Als er iets is dat politici kunnen doen om het vertrouwen van mensen terug te winnen, dan is het laten zien dat we niet machteloos zijn tegenover het grote geld. Verontwaardigde politici zijn er genoeg, het is tijd voor daadkracht."