Drie dagen na de aardbeving op het Indonesische eiland Java zijn nog veertig mensen vermist. Reddingswerkers zijn op zoek naar slachtoffers, maar de hoop op het vinden van overlevenden vervaagt naarmate de tijd verstrijkt. Onder de vermisten is een meisje van 7 jaar.
Door de aardbeving in het westen van Java zijn meer dan 270 doden en 2000 gewonden gevallen. De kans is groot dat het dodental verder oploopt. Er zijn 22.000 huizen beschadigd en meer dan 60.000 mensen verblijven noodgedwongen in opvangcentra. Op beelden gemaakt kort na de aardbeving is goed te zien hoe groot de schade is:
In beeld: enorme ravage aardbeving Indonesië
In de ravage wordt gezocht naar slachtoffers. Bij de zoektocht zijn zware machines, helikopters en duizenden reddingswerkers betrokken. Sinds de beving zijn nog wel mensen onder het puin vandaan gehaald, onder wie een 6-jarige jongen die twee dagen zonder eten en water zat.
Regen en naschokken maken het reddingswerk moeilijk. Ook zijn wegen geblokkeerd door aardverschuivingen, waardoor sommige dorpen alleen per helikopter zijn te bereiken. De autoriteiten delen onder meer drinken, eten, tenten en luiers uit.
'Grote uitdagingen'
Nog veel mensen wachten op hulp. President Joko Widodo spreekt van 'grote uitdagingen' bij het leveren van hulp, omdat 'te veel' plekken zijn getroffen en het gebied bergachtig is. Hij bracht vandaag een bezoek aan Cugenang, een van de zwaarst getroffen gebieden.
De beving van maandag had een kracht van 5.6. Het epicentrum lag in het dichtbevolkte district Cianjur, op een diepte van 10 kilometer. Indonesië maakt deel uit van de zogeheten Ring of Fire, een gebied in de Grote Oceaan waar vaak aardbevingen en vulkaanuitbarstingen zijn.
