Tegenstrijdige reacties op de dood van IS-leider Abu Ibrahim al-Hashimi al-Qurayshi. De Amerikaanse president Joe Biden spreekt van een succesvolle operatie, maar terreurdeskundige Jelle van Buuren is minder onder de indruk. "Je moet niet denken dat dit een cruciale slag is."
Het Witte Huis maakte gisterenmiddag al bekend dat Al-Qurayshi bij een Amerikaanse operatie om het leven was gekomen, maar deed nog geen mededelingen over de omstandigheden. Volgens lokale hulptroepen zijn er in totaal dertien mensen overleden, onder wie vier vrouwen en zes kinderen.

Biden zelf noemt het een succesvolle operatie. "Het Amerikaanse leger is erin geslaagd een grote terroristische dreiging voor de wereld weg te nemen", zegt Biden op een persconferentie. "Dankzij onze troepen is deze afschuwelijke terrorist niet meer."
Eindelijk succes voor Biden
Abu Ibrahim al-Hashimi al-Qurayshi was sinds eind 2019 de leider van terreurbeweging IS, nadat zijn voorganger Abu Bakr al-Baghdadi eveneens door Amerikaanse troepen werd uitgeschakeld. Dat gebeurde toen nog onder het bewind van President Trump. De vorig jaar aangetreden Biden kon op militair vlak wel een succesje gebruiken.

"De rampzalige terugtrekking uit Afghanistan heeft het aanzien van de VS in het buitenland, maar ook in het binnenland flink geschaad", zegt correspondent Erik Mouthaan. "Biden probeert dat te herstellen. Vooral de afgelopen weken laat hij flink z'n tanden zien. Neem bijvoorbeeld zijn stevige reactie op de situatie in Oekraïne."
En ook nu gebruikt Biden stevige taal. Volgens Biden zijn de burgerslachtoffers niet aan de Amerikanen te wijten: Al-Qurayshi 'omringde zich met families' en 'koos ervoor niet alleen zichzelf, maar de hele verdieping op te blazen'. "Een laffe daad", aldus de president.
'Niet cruciaal'
Waar Biden hoog van de toren blaast met de uitschakeling van Al-Qurayshi, deelt niet iedereen zijn enthousiasme. Jelle van Buuren, terrorisme-expert van de Universiteit Leiden, geeft aan dat de terreurgroep niet meer zo groot is als voorheen. "Je moet niet denken dat dit een cruciale slag is."
Bij het uitroepen van de Islamitische Staat in 2014, had IS nog grote delen van Irak en Syrië in handen. Daar is nu weinig meer van over. Dat de groep desondanks nog niet verdwenen is, bleek wel bij de aanval op een gevangenis in Noord-Syrië vorige week. In totaal kwamen er bijna vierhonderd mensen om het leven.
Maar Van Buuren ziet nu vooral een zwaar versplinterde organisatie: "IS heeft in de loop der jaren enorme klappen gekregen. Veel strijders zijn dood of op de vlucht. De dood van hun leider verzwakt de beweging voor een korte tijd nog verder, maar er zullen nieuwe leiders opstaan."
'Goed voor populariteit Biden'
Veel Amerikanen vinden dit groot nieuws, denkt correspondent Erik Mouthaan. "Dit soort acties staan er goed op bij de Amerikanen. Het leger is belangrijk voor ze, het is hun trots. En we moeten niet vergeten dat deze terreurorganisatie in het verleden veel Amerikanen heeft gedood."

Biden kon bovendien wel een boost van zijn populariteit in eigen land gebruiken. Die was de afgelopen weken tot een dieptepunt gedaald: de president heeft nog maar weinig verkiezingsbeloftes kunnen inlossen. De timing van de operatie komt Biden dus niet slecht uit.
"Maar het is te cynisch om te zeggen dat Biden dit nu alleen doet omdat hij slecht staat in de peilingen", aldus Mouthaan. "Zo’n operatie als deze wordt maandenlang voorbereid, en er is meestal maar een kort tijdsbestek om de operatie uit te voeren."