Het zou een belangrijk middel worden in de strijd tegen het coronavirus: de corona-app. Nederland is gisteren aan een proef begonnen, maar in veel landen is de app al ingevoerd. Een groot succes is het niet, integendeel. De app wordt te weinig gedownload en in veel landen nemen ze het niet zo nauw met de privacy.
Zo werden in Bahrein tijdens een live televisieshow tien winnaars getrokken uit alle inwoners die de corona-app hadden gedownload. Die mensen werden gebeld en als ze thuis waren, wonnen ze 1000 dinar. Zo'n 2300 euro.
En nog zo'n nachtmerrie voor privacywaakhonden. In veel landen konden instanties precies zien op welke plek wie geweest was. Het gaat om landen als China, Zuid-Korea, Qatar en Koeweit.

Maar ook dichter bij huis gaat het mis. In Noorwegen hebben ze maanden gewerkt aan een corona-app. Tot Amnesty International aan de bel trok. De mensenrechtenorganisatie noemde de Noorse app een massasurveillancemiddel. Ook de Noorse app hield locatiegegevens bij die centraal werden opgeslagen. Na de kritiek werd de Noorse app stopgezet. 1,4 miljoen mensen hadden hem al op hun telefoon staan.
Contactonderzoek
De corona-app moet contactonderzoek makkelijker maken. Als iemand ziek wordt toont de app wie bij die zieke persoon in de buurt is geweest en mogelijk is besmet. Diegene kan zich dan laten testen en in zelfisolatie gaan.

Apple en Google sloegen in april de handen ineen. Zij ontwikkelden een systeem dat werkt via bluetooth. De gegevens worden niet centraal opgeslagen, maar op de telefoon. Probleem is dat niet alle landen dat systeem hebben overgenomen.
Invalide Irina beboet voor niet downloaden Russische corona-app
Weinig enthousiasme
In de meeste landen heeft 1 op de 10 mensen hem op zijn telefoon gezet. De eerste onderzoeken wijzen uit dat een app pas effectief is als 60 procent van de bevolking hem gebruikt - zo'n 10 miljoen Nederlanders. Maar uit andere onderzoeken blijkt dat ook aantallen ruim daaronder effect kunnen hebben om nieuwe corona-besmettingen op te sporen.
In Italië bijvoorbeeld hebben ze een goedgekeurde app. Die is 4 miljoen keer gedownload op een bevolking van bijna 60 miljoen, dat is nog geen 7 procent.
In de Verenigde Staten hebben slechts drie staten toegezegd dat ze de software van Apple en Google gaan gebruiken. Alabama, North Dakota en South Carolina. Andere staten houden voorlopig vast aan contactonderzoek door zorgmedewerkers.
Meeste succes
Duitsland boekt het meeste succes met de corona-app. Daar hebben 14 miljoen mensen hem gedownload. In absolute cijfers een behoorlijk aantal, maar nog altijd geen 20 procent van de bevolking.
Ongeveer eenderde van de Nederlanders zou de corona-app installeren, blijkt uit onderzoek dat is uitgevoerd door de Universiteit Maastricht, de Vrije Universiteit Amsterdam, de TU Delft en het RIVM. Maar net zo'n grote groep ziet de app niet zitten: ze vinden het kwalijk dat de overheid deze app wil introduceren.

Bits of Freedom bezorgd
Volgens internetwaakhond Bits of Freedom moeten er ook in Nederland wettelijke waarborgen komen dat de app alleen gebruikt gaat worden waar-ie voor bedoeld is. Zo mag de app niet verplicht worden en mag hij niet worden gebruikt als een soort toegangsbewijs, dat je op bepaalde plekken alleen naar binnen mag als je hem hebt.
Ook zou duidelijk moeten zijn welke overheidsinstanties toegang krijgen tot de app. Opsporingsinstanties niet bijvoorbeeld. Interpol hield eerder al een bijeenkomst wat de corona-app zou kunnen betekenen voor politiewerk. De Nederlandse politie deed trouwens niet mee aan die sessie.
Voorzitter Evelyn Austin van Bits of Freedom vindt dat er 'een helder eindpunt' moet zijn wanneer de app weer bij het grofvuil kan. "En niet zoals nu wordt gezegd als het coronavirus weg is. Want misschien blijft dit virus wel altijd onder ons, net als het griepvirus. Dit soort infrastructuur wordt meestal niet afgebroken, maar uitgebreid."
Als aan al die voorwaarden wordt voldaan, zullen misschien meer mensen bereid zijn de app te downloaden, denkt Austin. "Maar in de kern blijft de app een surveillancemiddel. Mensen hebben weinig vertrouwen in de overheid en hebben twijfels over de effectiviteit van de app. Ze stellen zich dan de vraag: ben ik wel bereid om daarvoor een deel van mijn vrijheid op te geven?"
