In China hebben wetenschappers twee aapjes gekloond, Zhong Zhong and Hua Hua. Groot nieuws, maar de techniek is niet nieuw, zegt universitair hoofddocent Katja Teerds. "Emotioneel gezien reageren we anders op het klonen van apen dan van schapen of varkens. Want de gebruikte techniek kennen we al sinds schaap Dolly."
Dolly werd in 1996 gecreëerd door de celkern van een eitje, de nucleus, te verwijderen en daar een celkern van een uiercel van een ander schaap in te plaatsen. Het eitje werd daarna opgekweekt tot een embryo en in een surrogaatmoeder geplaatst. Uierweefsel bestaat uit heel veel cellen met kernen, uit één stukje uierweefsel kunnen daardoor heel veel identieke dieren worden gemaakt.
Voor onderzoek
"Er zijn al heel veel dieren gekloond", zegt Teerds (foto), universitair hoofddocent Fysiologie van Mens en Dier aan de Wageningen Universiteit. "Maar die technieken bleken allemaal niet heel efficiënt."
Deze twee aapjes werden gemaakt voor wetenschappelijk onderzoek, zegt Teerds. "Ze doen dit om identieke apen te maken met precies dezelfde genetische achtergrond voor wetenschappelijk onderzoek. Zo zijn er minder apen nodig voor wetenschappelijk onderzoek. Het is niet gedaan met de bedoeling om uiteindelijk mensen te gaan klonen."
Voor- en nadelen
Er zijn voor- en nadelen aan klonen, vertelt Teerds. "Het voordeel van klonen zou zijn dat bij orgaantransplantatie geen afstotingsverschijnselen zijn. De organen van klonen zijn namelijk identiek."
Een nadeel van klonen is volgens de wetenschapper dat als er iets mis is met de één, dat voor alle geldt. "Stel, je hebt een stal met dezelfde gekloonde varkentjes. Als er dan een keer een ziekte is, dan is er niet een dier met een natuurlijke resistentie en gaat alles in één keer dood. Het heeft dus nut om verschillend te zijn. Variatie is er niet voor niets, het is om de soort in stand te houden, om ziekten te kunnen overleven."
Dom
Dit is alleen nog maar denkbeeldig, benadrukt Teerds. Er zijn helemaal geen stallen vol gekloonde varkens. "Dat is veel te duur."
Alleen de ethische kwesties blijven, zegt de universitair hoofddocent. "Als we streven naar een gekloonde wereld, hoop ik dat er voldoende mensen zijn die zeggen hoe dom dat is. Daarnaast, mijn gezonde verstand zegt dat we over twintig jaar niet met allemaal klonen leven."