Het leek het einde van een tijdperk te zijn: geen drie zoenen meer, geen handen schudden, de auto thuislaten én minder naar kantoor gaan. Maar alle oude gewoontes die we onszelf tijdens de piekdagen van de coronapandemie hadden afgeleerd, lijken weer terug te komen.
In plaats van handen schudden, kozen we voor een elleboog of een boks. We gaven ook gezamenlijk toe dat de drie zoenen die we tijdens verjaardagen, feestjes en andere gelegenheden aan elkaar gaven, sowieso helemaal weg mochten blijven.
Meer en langere files
Maar hoe meer we richting het einde van de pandemie zijn gekomen, hoe meer we weer onze oude gewoontes terugzien. De Nederlandse snelwegen zijn drukker dan ze ooit waren voor de coronacrisis. De files zijn niet alleen langer, maar het zijn er ook meer geworden. Waarom pakken we dan toch weer de auto?

Gedragspsycholoog Arie Dijkstra legt uit dat veel mensen niet meer de dreiging voelen dat ze van corona erg ziek kunnen worden. "Door het gebrek aan (sociale) dreiging laten we ons vooral sturen door de sociale norm en die is weer terug naar waar we waren." Met andere woorden: we doen weer vaker wat er van ons verwacht wordt. Of we doen dingen waarvan we denken dat ze van ons worden verwacht.
'Openbaar vervoer onbetrouwbaar'
Maar dat hoeft niet de enige reden te zijn dat we vaker de auto pakken: de onbetrouwbaarheid van het openbaar vervoer van de afgelopen tijd kan ook een rol spelen, zegt Dijkstra. Want stakingen, vertragingen of andere spoorproblemen helpen niet bij het laten staan van de auto.

Dijkstra stelt dat we decennialang zogenaamde regels hadden waar we het over eens waren. Maar in 2020 dacht iedereen ineens bewust na over zijn of haar gedrag. "Je voelde een sociale druk om niet een ander te besmetten. Daarnaast wilden de meeste mensen ook niet het risico lopen om zelf besmet te worden of in het ziekenhuis te belanden."
Sociale druk
Maar wat bepaalt dan ons gedrag? "De sociale norm hebben we niet voor niets gevonden. Zodra meer mensen naar kantoor gaan en weer handen schudden, krijg je toch het gevoel dat jij dat ook weer moet doen."
Oftewel: onze sociale omgeving heeft invloed op ons gedrag. Als er kritisch wordt gekeken naar handen schudden en vaker vliegen, dan kan er schaamte bijkomen waardoor je je gedrag aanpast. Maar zodra dat maatschappelijk gezien weer geaccepteerd wordt, gaan we toch weer terug naar het 'oude normaal'.
En daar is niet iedereen blij mee:
Online vergaderingen, met verkoudheidsklachten thuisblijven, de drukte vermijden. Ook al raakten we gewend aan deze nieuwe veranderingen, we hebben ze dus ook weer snel overboord gegooid.
Persoonlijk geraakt
Ontwikkelingspsycholoog Bertus Jeronimus vindt het niet gek dat dit is gebeurd. Ons gedrag past zich volgens Jeronimus pas aan aan wanneer we de drang écht voelen. Dat is ook bij de energiecrisis te zien, waarin veel meer bezuinigd wordt omdat de prijzen fors omhoog zijn gegaan. Dan zie je waar we eigenlijk toe in staat zijn en waar we met z'n allen ook kunnen bezuinigen.
Het gedrag verandert dus pas wanneer we persoonlijk geraakt worden. "De omslag komt door pijn wanneer we onze naasten verliezen of wanneer we iets niet meer kunnen betalen."