Een drama in de duivensportwereld. Tijdens een wedstrijd in Narbonne, het zuiden van Frankrijk, zijn afgelopen vrijdagochtend 26.000 duiven losgelaten. De verwachting was dat ze de volgende dag al zouden aankomen op hun eindbestemming, maar nu, vijf dagen later, is minder dan de helft van de ruim 6000 Nederlandse duiven terecht. "Het was een rampvlucht."
Bij postduivenspecialist en duivenhouder Henk de Weerd uit Breda was het raak. Slechts 12 van zijn 30 duiven zijn teruggekomen uit Narbonne. "We vinden het verschrikkelijk, want wij houden van onze duiven. Je bent jaren bezig met het opbouwen van een getrainde duif en het kost tijd om de hoeveelheid aan te vullen. Je geeft je duiven niet weg om ze kwijt te raken."
Slechte weersomstandigheden
Vaak verlopen de wedstrijden goed, maar dit keer ging het door de slechte weersomstandigheden toch mis, vertelt de Weerd: "De lossingscommissie heeft een inschattingsfout gemaakt tijden het loslaten. De duiven zijn daardoor in slecht weer beland en daar is het helemaal fout gegaan. Ze zijn gedesoriënteerd geraakt en konden de weg naar huis niet meer vinden."
De Weerd heeft ook een duivenkliniek waarin hij postduiven verzorgt. In zijn wachtkamer ziet hij duivenhouders met duiven die uit Narbonne zijn gevlogen. "Er zijn duiven die ontredderd zijn, heel mager zijn geworden of een snotneusje hebben. Het was een zware reis."
Ook bij zijn cliënten valt de wedstrijd zwaar. "Die mensen zitten in zak en as. Het is natuurlijk een stuk van je hart waar je veel tijd in hebt gestoken. Buiten het feit dat je je lievelingsduiven kwijt bent, ben je ook je toekomst kwijt. Die moet je weer opbouwen."
Duif trainen
Het trainen neemt namelijk veel tijd in beslag legt de Weerd uit. "Duiven worden geboren in een hok en als ze 4 weken oud zijn gaan ze naar buiten en leren ze vliegen. Het hok zal altijd de plaats zijn waar ze terug naartoe vliegen en dat kan je ze dus alleen leren als jong duifje."
Het trainen van een duif is dus een flinke tijdsinvestering. "Je brengt de jonge duif steeds een klein stukje verder weg en leert ze dan om telkens terug te vliegen naar hun eigen hok. Het is een heel proces van minimaal een jaar om ze aan langere afstanden als Narbonne te laten wennen."
"Als je een duif kwijtraakt kun je dus niet onmiddellijk een nieuw duif nemen, die zal je ook weer moeten trainen en laten wennen aan afstanden vliegen. De duiven die meedoen aan zo’n vlucht uit Narbonne zijn minimaal 1 jaar oud."
Internationale wedstrijden
De internationale duivenwedstrijd vindt zes keer per jaar plaats. "Het wordt al jaren door de Belgische nationale organisatie georganiseerd. Daar doen Nederland, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg, Engeland en België aan mee", vertelt Ben Geerink van de Nederlandse Postduivenorganisatie. "Bij elkaar doen zo'n 26.000 duiven per jaar mee."
Geerink legt uit dat alle wedstrijdduiven vanaf een centraal punt, zoals Narbonne, tegelijk worden losgelaten. Ze moeten dan weer de weg naar hun thuishok vinden. "De duiven met de snelste gemiddelde snelheid zijn de winnaars van de wedstrijd."
In Nederland zijn er van de 6200 duiven die mee deden nu nog maar 30 tot 40 procent terug. Normaal ligt dit veel hoger, rond de 80 en 85 procent. "Het is heel uitzonderlijk wat er hier is gebeurd. Dit komt bijna niet voor", zegt Geerink.
Net wielrenners
Ook duivenliefhebber Peter Take van Essen is nog een aantal duiven kwijt. Van de 31 duiven zijn er nu 17 terecht. Hij vindt het droevig. "Er zullen nog wel een paar thuiskomen, maar er zijn gegarandeerd te veel weg. Soms zie ik ook duiven die thuiskomen waarvan ik denk, hoe heb jij het gered?"
De terugreis onder zulke zware weersomstandigheden is namelijk pittig. "Je kan het vergelijken met een wielrenner die een berg op fietst en dan een hongerklop krijgt. Dan kan je geen stap meer vooruit, dan kan je niet meer fietsen. Dat heb je met die duiven ook."
Nog hoop
Toch zijn er ook duivenhouders die alle duiven wel al terug hebben. "De eerste dag was voor de duiven lastig. Ze vlogen namelijk tijdens slecht weer, maar de volgende dag zijn er veel duiven toch weer thuisgekomen. Ik heb zelf met 14 duiven meegedaan en ze zijn alle 14 thuis", vertelt duivenhouder Jelle Jellema.
Voor de duivenliefhebbers die nog wachten op een duif is alle hoop dus nog niet verloren. "De duiven die een plek vinden waar ze granen kunnen eten en kunnen drinken om aan te sterken, vervolgen hun reis op een later moment. Ik denk dat er nog 70 procent van de duiven thuiskomt", zegt duivenhouder van Essen.
Duivenhouder de Weerd sluit zich hierbij aan. "Er wordt nu graan geoogst en er ligt daardoor meer graan op de velden. Ook komen ze soms terecht bij andere duivenliefhebbers die ze verzorgen zodat ze reis weer af kunnen maken. De komende weken zullen er dus nog wel een aantal thuis kunnen komen."
Reactie Belgische Duivenbond
De Koninklijke Belgische Duivenbond reageert geschokt op de gebeurtenissen. Zij geven aan dat er voor de Belgische organisator van de vlucht – Indépendante de Liège – sancties zullen volgen.
"Er is gisteren een spoedberaad geweest en daaruit is gebleken dat de inrichter van de internationale vlucht naar Narbonne een grove fout heeft gemaakt door de duiven vrijdag te los te laten. De nationale voorzitter van sportcomité had de inrichter gewezen dat er nog goed naar de weerkaarten gekeken moest worden want die waren niet gunstig", zegt een woordvoerder.
Omdat het in strijd is met het nationaal en internationaal sportreglement om duiven tijdens slecht weer los te laten worden er sancties opgelegd. "Eén van de sancties die opgelegd kan worden is dat de organisator dit soort wedstrijden volgend seizoen niet mag organiseren. Er is geen verzekering dat het verlies die de deelnemers hebben geleden ook wordt gedekt."
