De Verenigde Naties slaan alarm over de situatie in Jemen. Als er niet snel wordt ingegrepen dreigen dit jaar 400.000 kinderen onder de vijf jaar te sterven aan ernstige ondervoeding. In Jemen woedt al jarenlang een burgeroorlog. De coronapandemie maakt het geven van de noodzakelijke hulp aan de bevolking nog moeilijker.
De VN noemt Jemen de grootste humanitaire crisis van deze tijd. Na bijna zes jaar oorlog is 80 procent van de bevolking afhankelijk van noodhulp. Maar het lukt hulporganisaties steeds moeilijker de Jemenieten in leven te houden.
In een vandaag gepubliceerd rapport voorspelt de VN dat het aantal ernstig ondervoede kinderen met 22 procent zal stijgen ten opzichte van 2020. Ruim twee miljoen kinderen in Jemen hebben te maken met ondervoeding. Daarvan lopen er dus 400.000 acuut gevaar, aldus het VN-rapport.
"Deze cijfers zijn opnieuw een schreeuw om hulp voor Jemen. Elk ondervoed kind betekent ook een familie die probeert te overleven", zegt David Beasly, directeur van het Wereld Voedselprogramma (WFP) van de VN.
De VN probeert miljoenen Jemenieten te steunen, maar dat wordt steeds moeilijker. Daarvoor wijst de VN-topman drie oorzaken aan. "De crisis in Jemen is een giftige mix van oorlog, economische ineenstorting van het land en een gebrek aan geld", zegt Beasley. De VN-hulpprogramma’s hadden in 2020 de beschikking over 1,9 miljard van de benodigde 3,4 miljard dollar, aldus het rapport.
De oorlog in Jemen
De huidige crisis in Jemen begon in 2015, toen Houthi-rebellen een flink deel van het land veroverden, inclusief de hoofdstad Sa’ana. De internationaal erkende regering week uit naar Aden. De Houthi’s worden gesteund door Iran. Een coalitie onder leiding van Saoedi-Arabië probeert met zware bombardementen de Houthi's te verjagen. Daarop is internationaal veel kritiek, omdat er ook veel burgerslachtoffers bij vallen. Het conflict heeft volgens een schatting van de VN inmiddels meer dan 230.000 levens geëist.
Terwijl de hongersnood aanhoudt, is het conflict politiek gezien in beweging, ziet Midden-Oostencorrespondent Olaf Koens. "De Verenigde Staten proberen bondgenoot Saoedi-Arabië te bewegen een eind te maken aan de oorlog. Er is een streep getrokken door de Amerikaanse wapenleveranties en op diplomatiek niveau wordt er onderhandeld. Hardop zal het niet gezegd worden, maar ook in Saoedi-Arabië zelf weet men dat het conflict, dat nu zes jaar duurt, niet gewonnen kan worden."
Humanitaire ramp
Maar daarmee is de ellende voor Jemen volgens Koens niet voorbij. "Wanneer regionale grootmachten als Iran en Saoedi-Arabië hun handen van het conflict aftrekken is het niet plotsklaps vrede. Er zijn afgelopen jaren meerdere pogingen tot vredesonderhandelingen ondernomen. Maar daar is bitter weinig van terechtgekomen."
De toekomst van Jemen en haar inwoners ziet er uiterst slecht uit: "De oorlog heeft de infrastructuur in het armste land van de Arabische wereld volledig platgelegd. Er is op veel plekken amper water, geen elektriciteit en er zijn amper ziekenhuizen. Er voltrekt zich een humanitaire ramp, en er is totaal geen zicht op verbetering", aldus Olaf Koens.