India telt nu ruim 100.000 coronadoden. Toen dit voorjaar de eerste overleden patiënten naar de begraafplaats van Mohammad Shameem (38) in Delhi werden gebracht, wilde hij hen eigenlijk wegsturen. Ook nu rinkelt zijn telefoon continu. "Niemand wil dit werk nog doen." Correspondent Eva Oude Elferink zocht hem op.
Uit de kraag van Mohammad Shameem hangen oortjes die hij steeds weer even in doet. Hij luistert naar soefiemuziek, zegt hij, terwijl hij in de schaduw uitpuft. Religieuze teksten over God en de mens. "Het is treurig, maar ik word er rustig van."
Plots bang voor de dood
Vroeger had hij dat niet nodig, zegt Shameem. Nu wel. Nergens ter wereld neemt het aantal coronabesmettingen zo snel toe als in India. Na een eerste golf in juni zit ook Delhi opnieuw in een piek. Dagelijks komen er in de hoofdstad 3000 tot 4000 nieuwe gevallen bij en ook het aantal doden loopt weer flink op. Shameems telefoon rinkelt rustig tien keer per dag. "Nabestaanden bellen vanuit het ziekenhuis om te vragen of we nog plek voor een graf hebben. Als het zo doorgaat, weet ik niet hoe lang ik nog ja kan zeggen."
Shameem is de hoofdgrafdelver van Jadid Qabristan, een van Delhi's oudste islamitische begraafplaatsen. Net als zijn vader en grootvader voor hem. Hij groeide hier op. De dood vond hij nooit eng. Maar toen hij dit voorjaar voor het eerst zo'n telefoontje over een coronadode kreeg, was zijn antwoord: 'nee, sorry. "Natuurlijk was ik bang. Iedereen was bang." Maar het ziekenhuis bleef aandringen en uiteindelijk ook het management van de begraafplaats. "Overal in Delhi werden lichamen geweigerd. Ik had geen keus."
Grafstenen verboden
Van de lokale autoriteiten kreeg Shameem een aangrenzend stuk grond aangewezen, een zanderige vlakte met in de verte Delhi's belangrijkste cricketstadion. Inmiddels steken overal bordjes uit de grond met daarop de namen van overledenen. Daartussen anonieme hopen aarde waar nabestaanden alleen een paar takken of een plant in hebben gestoken. Grafstenen zoals verderop op de begraafplaats zijn hier niet toegestaan. Vanwege het besmettingsgevaar, legt Shameem uit. "Ze willen niet dat mensen hierheen komen."
In Delhi zijn nu zo'n zesduizend mensen aan het virus overleden. "Wij hebben er hier meer dan 700 begraven", vertelt Shameem. Met een zakdoek veegt hij het zweet van zijn voorhoofd. Het is nog geen twaalf uur en al 36 graden. Deze ochtend heeft Shameem er al twee begrafenissen op zitten. Daar komt de volgende aan, in een kleine ambulance vol deuken aan de zijkant. Shameem zet snel zijn mondkapje op. De enige bescherming die hij heeft. "In het begin kregen we beschermende pakken, maar nu al twee maanden niets."
Dagen van veertien uur
Zo erg als in juni is het nu gelukkig niet, vertelt hij. Na ruim twee maanden in lockdown begon het normale leven in India toen weer een beetje op gang te komen. In het dichtbevolkte Delhi zorgde dat voor een explosie van coronabesmettingen. Ziekenhuizen en hun mortuaria raakten overvol, en ook de crematoria en begraafplaatsen konden de vraag nauwelijks aan. "Ik maakte dagen van veertien uur", zegt Shameem. "Vaak was ik alleen met de imam omdat de andere grafdelvers niet durfden te komen."
Ook nabestaanden bleven weg, terwijl zij degenen zijn die het lichaam eigenlijk de grond in moeten laten zakken. "Dat is de procedure met corona", legt Shameem uit. "De familie komt in van die beschermende pakken en wij leggen van een afstand uit wat ze moeten doen." Vaak was het alsnog aan Shameem, de imam en de ambulancebroeders om dat werk te doen. Zoals die keer dat alleen de vrouw en zoon van een overledene kwamen opdagen. Of de militair van wie niemand van de familie durfde te komen.
Geen plek voor rituelen
Sowieso laat het coronavirus weinig ruimte voor de gebruikelijke rituelen die in India zo belangrijk zijn voor zowel hindoes als moslims wanneer iemand overlijdt. De lichamen mogen niet eerst thuis worden gewassen, maar worden in dichtgemaakte plastic zakken direct naar de crematoria en begraafplaatsen gebracht. Daar prevelen priesters en imams een kort gebed vanachter hun mondmasker. En door naar de volgende. "Het is verdrietig", zegt Shameem. "Iedereen wil zijn doden mooi begraven."

De laatste weken komen er wel steeds meer familieleden voor het laatste gebed opdagen, vertelt hij. "Mensen zijn minder bang geworden." Ook de Indiase regering gaat steeds verder met haar versoepelingen. Naast restaurants, sportscholen en winkelcentra mogen nu ook bioscoopzalen en scholen weer open. Op straat krioelt het als vanouds van de mensen. Het aantal coronabesmettingen blijft ondertussen onverminderd toenemen. 6,4 miljoen Indiërs raakten al besmet, alleen in de Verenigde Staten zijn dat er meer.
Regering doet niets voor ons
"Ik ben nog net zo bezorgd als in juni", zegt Shameem, terwijl hij de handschoenen aanpakt die de ambulancebroeders hem aanreiken. Zij zijn volledig in blauwe pakken gehuld die met stukken tape nog strakker om hun hoofd en schoenen zijn geplakt. Shameem draagt teenslippers, een kurta (een lang hemd) en een pet. "Wij zijn niet eens verzekerd", zegt hij. Eens per maand doet hij voor de zekerheid een coronatest. Ook die betaalt hij zelf. "De regering doet niets voor ons." Toch denkt Shameem er niet over na te stoppen.
"Dit is mijn taak. Misschien word ik ziek, maar hier leer je een ding. Het maakt niet uit of je rijk of arm bent, uiteindelijk we gaan allemaal dood. Dat is de ultieme waarheid."