Ga naar de inhoud
Magazine

Ander geslacht, ander gesprek?

Van man naar vrouw of andersom: voor veel transgenders is een geslachtstransitie een lastige, maar logische stap. Maar hun omgeving moet ook omschakelen. Wordt een andere sekse door de buitenwereld meteen geaccepteerd? En reageren mensen anders op vrouwen dan op mannen? Drie ervaringsdeskundigen vertellen.

Wie geboren wordt in het verkeerde lichaam, heeft vaak een lange, moeilijke weg te gaan. Uiterlijke kenmerken drukken je automatisch in een rol waarin je je niet thuisvoelt en dat betekent voor veel transgenders een jarenlange (innerlijke) strijd. Een transitie biedt hen in veel gevallen uitkomst, om de buitenwereld te kunnen laten zien wie ze écht zijn. Maar hoe die buitenwereld reageert op deze transitie, is afwachten. Zijn vrienden, familieleden en collega’s in staat om de man die zij kenden, voortaan als vrouw te zien? Word je nu als jongen anders behandeld dan vroeger als meisje? Transgenders Emma, Gido en Manon vertellen over hun ervaringen.

Miniatuurvoorbeeld

Emma Voerman (56) gaat nog maar kort als vrouw door het leven. Pas vorig jaar viel, na jaren van innerlijke onrust, bij haar ineens het kwartje: ze is transgender. Haar eerste ingeving was om daar niets mee te doen, omdat transgenders volgens haar op oudere leeftijd minder passabel zijn: ze worden sociaal niet zonder meer geaccepteerd als een ander geslacht, omdat hun omgeving ze al zo lang op deze manier kent. “Maar dat kon me uiteindelijk niets meer schelen, het móest gebeuren. Daarom heb ik vorig jaar via het transgendertraject bij het VUmc mijn transitie in gang gezet.

De momenten dat ik volledig als vrouw word gezien, ontroeren me iedere keer. Laatst werd bij de autogarage heel lief behandeld toen ik - heel oenig- niet wist hoe ik een koplamp moest verwisselen. Als man voelde ik me door hun reactie altijd een kneusje, maar als vrouw vond ik die betutteling juist fijn - al vond ik dat weinig feministisch van mezelf. En onlangs kreeg ik verbaasde reacties toen ik na mijn eerste dag als invalleerkracht op een basisschool vertelde dat ik transvrouw ben: “Dat hadden we niet gedacht!”

Als ik voel dat het kan, maak ik er een les over. Kinderen reageren daar met zoveel mooie nieuwsgierigheid op, dat ik echt geloof dat het wel goed komt met de tolerantie in Nederland.”

Brutale berichten
Als vrouw wordt Emma via social media tegenwoordig overspoeld met brutale berichten van mannen, vooral Amerikaanse militairen. En ook op straat en in winkels heeft ze nu veel meer leuke, luchtige contacten. “Als man kreeg ik nooit zoveel aandacht. Maar dat komt denk ik vooral doordat ik nu zelf veel beter in mijn vel zit. Vroeger liep ik letterlijk met mijn hoofd gebogen, maar als Emma kijk ik recht de wereld in. De energie die ik nu uitstraal, krijg ik ook weer terug. Ik krijg überhaupt weinig negatieve opmerking of scheve gezichten, maar dat komt denk ik door hoe positief ik er zelf inzit.”

'De kinderen noemen me nog steeds papa, en daar ben ik trots op'

De meeste vrienden en familieleden van Emma hebben haar transitie direct geaccepteerd, ook al moesten ze er natuurlijk wel aan wennen. Haar huwelijk heeft het helaas niet overleefd en ook sommige goede vrienden lieten het afweten. Haar vier kinderen stonden wel meteen achter haar. “Die zijn zo gigantisch geweest. Ze noemen me nog steeds papa, en daar ben ik trots op. We vieren ook nog gewoon Vaderdag. Maar vanaf dag één gingen ze gewoon met mij als vrouw de stad in. Vorige week zijn we samen dezelfde kleren gaan kopen, dat was zo gaaf. We knuffelen nu ook meer en hebben mooiere gesprekken, op een dieper niveau. Een van mijn kinderen zei laatst dat ze nu met mij als Emma veel beter contact heeft, dan ooit met mij als man.”

Bevestiging niet nodig
In haar nieuwe flat heeft ze bij alle buren een brief in de bus gedaan: ‘Ik ben transgender, stel gerust vragen, want ik moet er zelf ook nog aan wennen!’ “Het ontroerde me enorm hoeveel lieve brieven ik terugkreeg. Maar nu ik mezelf heb geaccepteerd, heb ik ook minder bevestiging van de buitenwereld nodig. Ik vind het niet erg als mensen mij meneer noemen of mijn oude naam gebruiken. Iedere keer dat iemand mij wel als vrouw benadert, neem ik als cadeautje.”

Miniatuurvoorbeeld

Gido Krom (18) was een jongensachtig meisje: hij heeft altijd kort haar gehad en droeg kleren van de jongensafdeling. “Toch was ik geen typisch transgenderkind, ik vroeg voor mijn verjaardag bijvoorbeeld poppen. Maar die gaf ik dan wel jongensnamen en ik speelde dat het superhelden waren.”

Toen Gido (toen nog Godelieve) zijn ouders vertelde dat hij zich meer een jongen voelde dan een meisje, accepteerden zij dat direct. Maar omdat Gido een tweelingzusje heeft dat vlak na de geboorte overleed, kreeg zijn transitie binnen hun gezin wel een verdrietige lading: nu waren zijn ouders beide dochters kwijt. “Daar hadden ze veel moeite mee. Dat maakt de gesprekken erover soms best zwaar.”

Operatie
Maar Gido wist het heel zeker: hij is een jongen. Op zijn vijftiende begon hij daarom met puberteitsremmers, op zijn zestiende met hormonen. Vorig jaar onderging hij een borst- en buikoperatie, maar een operatie om een penis te laten construeren wil hij niet. “Dat vind ik alleen maar meer verminking. En ik loop toch nooit in mijn blootje over het strand.

De maatschappij verwacht van jongens en meisjes een bepaalde houding, maar bij mij loopt dat een beetje door elkaar heen. Ik zie eruit als een jongen, maar ben ook zo homo als maar kan, met vrouwelijke trekjes. Dat vinden mensen soms verwarrend. Gelukkig word ik sinds mijn transitie wel altijd echt als man benaderd. In het begin vond ik het heel spannend om een kledingzaak binnen te lopen, dan dacht ik: ‘zouden ze me doorhebben?. Maar inmiddels durf ik wel te zeggen dat mensen het niet zien, als ik het niet zou vertellen. Dat vind ik heel fijn, ook al ben ik er heel open over.

Op Gido’s werk, waar ze hem alleen kennen als jongen, doet niemand er raar over. “Ze weten wel van mijn transitie, maar het speelt geen rol. En thuis zeggen ze gewoon: “Gido, help even mee tillen, je bent toch een kerel!” Ik ben inderdaad sterker geworden door de hormonen, maar ik ben ook nog steeds een beetje lui. Wat dat betreft had ik het als meisje makkelijker, haha!”

'Mensen weten niet of ze me nu drie zoenen moeten geven of een hand'

'Je bent toch een kerel!'
Voor mijn gevoel ben ik als persoon niet veranderd na mijn transitie, maar mensen zíen natuurlijk wel iemand anders. De mensen die mij nog als meisje hebben gekend, vinden het bijvoorbeeld soms lastig hoe ze me nu moeten begroeten. Vroeger met drie zoenen, nu een hand? Mij maakt dat niets uit, doe waar je je comfortabel bij voelt. Als het aan mij ligt, geef ik iedereen een knuffel.”

Miniatuurvoorbeeld

Manon Hoogenraad (48) wist als vijfjarig jongetje al dat ze liever een meisje wilde zijn, maar ze stopte haar gevoelens jarenlang diep weg. Ze leefde verder als man. “Ik studeerde verpleegkunde en ontmoette mijn huidige vrouw. We trouwden, kregen drie zoons en ik ging werken als leidinggevende in de zorg. Met zoveel vrouwen om me heen waar ik stiekem jaloers op was, vluchtte ik onbewust in compensatiegedrag: ik ging me nog mannelijker voordoen dan ik was. Daardoor verwachtte mijn baas van mij dat ik stevig optrad tegen mijn team. En zo zagen zij mij ook: als een heel mannelijke manager die keihard werkte en een no-nonsense-aanpak had.

Daarmee voldeed ik aan de verwachtingen die ik van mezelf had als man, en waarvan ik dacht dat ook de omgeving die zou hebben. Maar liever wilde ik een zachter iemand zijn. Iemand die een arm op je schouder legt, begrip en aandacht heeft voor alle omstandigheden en je begeleidt bij eventuele problemen. In mijn ogen was dat het - zeer stereotype, en eigenlijk onwerkelijke - beeld van een vrouwelijke leidinggevende, van een vrouw. Als man speelde ik in feite een toneelstuk.”

In 2000 vertelde Manon voor het eerst aan haar partner over haar gevoelens. “Mijn vrouw schrok, maar stond er heel open in. In de jaren daarna hebben we er veel over gesproken, maar ik ondernam geen verdere stappen.” In 2010 ging het mis: Manon stortte in en kwam thuis te zitten. Tijdens haar herstel werd haar duidelijk dat ze er niet meer omheen kon: ze is transgender. In 2012 begon Manon daarom aan hormoontherapie en lichtte ze de kinderen in, toen nog in de basisschoolleeftijd. “Ze zeiden: “We vinden het wel een beetje gek, maar als jij je zo prettig voelt, vinden wij het oké”. Voor jongens van die leeftijd, vind ik dat een ongelooflijk groot gebaar.”

'Sta ik daar in m'n badpak, roepen de jongens "Hee pap!"'

Papadingen
Inmiddels heeft Manon haar transitie achter de rug en gaat ze volledig als vrouw door het leven. Ze krijgt ook geen meer vragen over haar geslacht, in winkels krijgt ze vrouwenkleding aangereikt. Toch zijn haar zoons haar altijd ‘papa’ blijven noemen. “Ik ben hun vader en dat zal ik altijd blijven. We doen ook nog steeds ‘papadingen’ met elkaar: klussen aan een oude brommer, fikkie stoken in de bossen en waterpoloën. Als ik daar sta in mijn badpak en de jongens roepen “Hee pap!”, zie je al die mensen kijken. Maar daar heb ik totaal geen moeite mee, ik vind het geweldig dat wij dit samen doen.” En ook haar huwelijk heeft het proces overleefd. “Mijn vrouw en ik zijn nog altijd gelukkig getrouwd, al hebben we daar wel de nodige professionele hulp voor ingeroepen.”

Manon merkt, door de vrouwelijke hormonen die ze slikt, wel een duidelijke omslag in haar persoonlijkheid. “Door de afname van testosteron, kwam er een enorme rust over me heen. Ik ben zachter en empathischer geworden. Omdat ik het al langer oneens was met de ontwikkelingen in de zorg, ben ik gestopt als leidinggevende en heb ik me laten omscholen tot coach. In plaats van complimenten over mijn harde aanpak of strak geleide project, krijg ik nu te horen: “Wat fijn dat je me zo goed begrijpt”, of “Wat prettig dat je het zo rustig kunt uitleggen”.

Masker
Ondanks de ‘mannenrol’ die ik jarenlang - naar mijn idee - overtuigend speelde voor de buitenwereld, hebben mijn gezin en goede vrienden altijd door dat masker heengeprikt. Zij zagen toen al hoe warm en liefdevol ik eigenlijk was. Voor hen is er na mijn transitie op dat gebied dus niet zoveel veranderd. Maar ik ben heel gelukkig dat ik nu pas echt mezelf kan zijn.” 

Ook transgender? Praat erover

Manon begeleidt als coach ook transgenders en hun partners, omdat ze tijdens haar eigen proces merkte dat er voor deze doelgroep weinig professionele begeleiding was. Ze heeft eigenlijk maar één advies: praat erover. “Hoe eng het ook is als je ontdekt dat je transgender bent, neem iemand in vertrouwen. Het is een enorme last die je niet alleen kunt dragen, en als je wil dat mensen je helpen en begrijpen, moet je open durven zijn. Jij voelt je misschien allang Jeanet, maar de buitenwereld ziet je nog als Jan. Neem ze daarom mee in jouw proces.

En voor de omgeving geldt hetzelfde: ga het gesprek aan, stel je open op. Het is voor een partner, ouder of kind net zo ingewikkeld als voor de transgender zelf, maar als je het bespreekbaar maakt, voorkom je pijnlijke situaties. Vraag of iemand over zijn of haar transitie wil vertellen, of je vragen mag stellen en wat diegene van jou verwacht. En beloof dat je je best zult doen om de nieuwe situatie te accepteren, ook al gaat het soms nog mis. Het kan gebeuren dat je iemand per ongeluk bij de oude naam blijft noemen, maar als je daar samen om kan lachen, kom je veel verder.”

Door Ronne Theunis