Ruwe materialen, bijzondere vormen en opvallende structuren. Dit kenmerkt de designtrend 'brutalisme'. Zowel in de architectuur als in de wooninrichting geeft dit design een unieke en uitgesproken sfeer. Ben jij dol op de statement look en heb je een gedurfde smaak? Dan is deze trend wat voor jou.
De oorsprong van brutalisme
Hoewel de stijl al jaren bestaat, is het de laatste tijd meer in trek. De brutalisme stroming werd geïnspireerd door de architect Le Corbusier, die ‘beton brut’ – oftewel: onbewerkt beton – gebruikte in zijn ontwerpen. Ook architect Ludwig Mies van der Rohe was een bron van inspiratie voor deze stijl. Dit ontstond tussen de jaren '50 en '70, toen er na de Tweede Wereldoorlog door de groei van welvaart meer werd gebouwd. Het brutalisme in architectuur is vandaag de dag vooral te herkennen aan patronen en texturen in betonnen gebouwen of als uitgesproken vormen en kleuren.
Geometrische vormen
Karakteriserend aan brutalisme zijn de bijzondere, geometrische vormen die een echte blikvanger zijn voor je interieur. Natuurlijk materiaal zoals hout kan hier heel goed voor gebruikt worden omdat het veel creatieve vrijheid geeft.
Ruwheid
Laat het materiaal dan ook vooral zoals het is: onafgewerkt en rauw. De imperfectie straalt gewaagdheid uit en dit is juist waar deze trend voor staat. De stijl omvat vele ruwe, (natuurlijke) materialen zoals beton, glas, metaal en hout.
Organisch brutalisme
In vergelijking met het klassieke brutalisme, heeft organisch brutalisme een zachtere uitstraling. In plaats van een scherpe, grove en industriële stijl zie je hierin meer warmte en subtielere ronde vormen terug.
Mix & match
De interieurstijl is goed te combineren met een industriële of urban stijl, maar ook in een rustig minimalistisch interieur. Op deze manier licht je het dramatische aspect van deze stijl nog meer uit. Ben je nog niet klaar om je stijl volledig om te gooien? Dan kun je brutalisme vooralsnog terug laten komen met een paar opvallende decoratieve objecten.
Fotocredits:
- Headerfoto: Vasyl Cheipesh
- Foto 1: piranka
