In de zorg lopen we behoorlijk achter de feiten aan, vindt arts en onderzoeker Coenraad van Kalken. “We noemen het gezondheidszorg, maar in de praktijk is het vooral ziekenzorg. Pas als mensen ziek zijn, komen we in actie.” Van Kalken, tegenwoordig CEO van Qurin Diagnostics, richtte eerder met cardioloog Roderik Kraaijenhagen het NIPED Instituut op. De heren pleiten voor persoonlijke preventie en vroegdiagnostiek als basisvoorziening. Samen bedachten zij daarom de Persoonlijke Gezondheidscheck. “Geef mensen door middel van e-health zelf het stuur over hun gezondheid in handen.”
Is goede zorg niet primair de verantwoordelijkheid van artsen?
Van Kalken: “Wat mij betreft is in eerste instantie een individu zélf verantwoordelijk voor zijn of haar welzijn. Natuurlijk is het belangrijk dat je goed geholpen wordt als je ziek bent, maar nog veel te vaak blijkt dat je dan al niet meer optimaal geholpen kán worden. We lopen dan achter de feiten aan: je wordt patiënt en moet een hele rits dure onderzoeken en behandelingen ondergaan. Die waren misschien helemaal niet nodig geweest als je er eerder bij was. Diabetes of een hartinfarct - bijvoorbeeld - zijn vaak niet het begin van een ziekte, maar veel meer het einde van een proces. We noemen het gezondheidszorg, maar in de praktijk is het vooral ziekenzorg. Pas als mensen ziek zijn, komen we in actie. Dat is enorm zonde en kost bovendien heel veel geld. Geef mensen liever zelf het stuur over hun gezondheid in handen.”
Hoe ziet die zelfregie er in de praktijk uit?
“Het gaat om preventie, vroegdiagnostiek maar ook om zelfmanagement bij ziekte door middel van e-health. Mensen krijgen toegang tot een afgeschermde, online portal waarin ze zelfmetingen registreren en vragenlijsten invullen over hun gezondheid en persoonlijke situatie. Ook sturen ze zelf bloed- en urinemonsters op. Het Netherlands Institute for Prevention and e-Health Development (NIPED) heeft hiervoor kennissystemen met ziekterisico-algoritmen ontwikkeld, die deze gegevens kunnen analyseren.
Vervolgens krijgen mensen op een prikkelende manier inzicht (terug) in hun eigen gezondheid en ontvangen ze adviezen over op het lijf geschreven leefstijlmaatregelen. Zo kunnen ze zelf een bijdrage leveren aan hun gezondheid en zoveel mogelijk voorkomen dat ze ziek worden. Als blijkt dat er een verhoogd risico is, krijg je het advies om een arts te bezoeken en ben je er eerder bij, waardoor je aanzienlijk meer kans hebt om tijdig bij te sturen. En ook als er toch een chronische ziekte ontstaat, kun je op veel manieren zelf de controle over je gezondheid houden. Met allerlei digitale applicaties kun je bijvoorbeeld thuis waardes checken, bloedprikken of je bloeddruk meten, waardoor je niet iedere keer naar een arts hoeft.
Al die data levert bovendien een bak informatie op, waarmee we onze kennis over gezondheid en ziekte continu blijven ontwikkelen.”
Is dit systeem voor iedereen geschikt?
“Ik ben ervan overtuigd dat iedereen op een bepaalde manier zelf het stuur kan pakken, maar niet iedereen zit daar - nu nog - op te wachten. Uit onderzoek blijkt dat mensen met een lagere sociaal economische status minder gemakkelijk te bereiken zijn om zelf meer verantwoordelijkheid te nemen voor hun levensstijl en gezondheid. Maar ook hoogopgeleide mensen staan niet altijd open voor dergelijke adviezen. Binnen verschillende doelgroepen valt nog winst te behalen, daar werken we hard aan.”
In hoeverre wordt persoonlijk gezondheidsmanagement nu al ingezet in de zorg?
“Daar zit nog een enorme uitdaging. We hebben al jaren alle landelijke artsenorganisaties aan boord en ook partijen als de Hartstichting en de Nierstichting juichen het systeem van zelfregie toe. Op dit moment wordt de Persoonlijke Gezondheidscheck nog voornamelijk ingekocht door grote bedrijven, waardoor we al duizenden mensen bereiken: inmiddels hebben zo’n 300.000 Nederlanders online hun gezondheid gecheckt. Dat is natuurlijk al een prachtig aantal. Maar het liefst willen we zo’n e-health-basisvoorziening kosteloos voor iedere burger beschikbaar hebben, dat is altijd onze intentie geweest. Helaas is dat tot op heden nog niet niet gelukt. Zorgverzekeraars, overheid en andere partijen wijzen namelijk nog vooral naar elkaar.
We hebben weliswaar een Health Deal afgesloten met de overheid om de knelpunten weg te werken voor deze innovatie, maar van die ambitie verzandt nog teveel in overleg. Het komt erop neer dat in de definitie van zorgverlening ‘preventie’ niet is opgenomen, waardoor niemand zich (hoofd)verantwoordelijk voelt om de overzichtelijke kosten van een landelijke e-health-voorziening te dragen. Absurd, wat ons betreft. Als je bedenkt hoe zeer we de zorg ontzorgen als 17 miljoen Nederlanders iets meer de regie nemen over hun eigen gezondheid en vooral ook hoeveel kosteneffectiever we dan zouden werken, begrijp je niet waarom de overheid en zorgverzekeraars hier niet massaal op springen.
Inzicht in gezondheidsrisico’s
Het probleem is ook dat de kosten en opbrengsten niet in hetzelfde mandje vallen. De zorgverzekeraar betaalt voor het systeem, maar de deelnemende werkgevers profiteren ervan, omdat onder hun werknemers de productiviteit stijgt en het verzuim daalt. Maar als we ons bereik vergroten, beschikken we straks over een enorme hoeveelheid data, die heel gedetailleerd inzicht geeft in lokale, regionale en landelijke gezondheidsrisico’s. Dat is ook voor de overheid en zorgverzekeraars ontzettend waardevolle informatie. We hopen dan ook dat men daar op korte termijn inziet hoe lucratief het is om deze voorziening voor alle Nederlanders open te stellen. Als we de Nederlandse gezondheidszorg structureel willen verbeteren, is de invoering van persoonlijk gezondheidsmanagement wat ons betreft cruciaal.”
Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met Roche en valt niet onder de verantwoordelijkheid van de redactie van RTL Z.