Ga naar de inhoud
Koken met Hugo!

Koken met Hugo! Saté lilit met nasi goreng

Vandaag eten we Indonesisch. Sate lillit is namelijk een Balinees gerecht. Het is een saté van witvis en garnaal. Gaan we toch nog een beetje op vakantie dit jaar!

Saté Lilit – Balinese saté

  • Hoofdgerecht 4 personen
  • Bereiding circa 30 minuten

Ingrediënten

  • 1 rode peper
  • 2 cm gemberwortel
  • 1 teen knoflook
  • 5 stengels citroengras
  • 1 el Javaanse suiker (goela djawa)
  • zout
  • 150 g witvisfilet
  • 150 g schoongemaakte gepelde rauwe garnalen
  • 40-50 g geraspte kokos

Extra:

  • vijzel

 

Nasi goreng

  • Gerecht 4 personen
  • Bereiding circa 15 minuten

Ingrediënten:

  • 3 rode pepers
  • 3-4 sjalotten
  • 3 tenen knoflook
  • 1 tl trassi bakar (garnalenpasta)
  • 1 theelepel gemalen koriander (ketoembar)
  • Zout
  • Neutrale olie
  • 100 g doperwten (vers of diepvries)
  • 400 g afgekoelde gekookte rijst
  • Ketjap manis of asin

Voor erbij:

  • gebakken uitjes
  • kroepoek

Extra:

  • vijzel of staafmixer met hakmolentje
  • wok

 

Atjar van komkommer

  • Bereiding 5-10 minuten

Ingrediënten:

  • 1 eetlepel fijne suiker
  • Snuf zout
  • 3-4 eetlepels witte wijnazijn
  • 1 komkommer
  • 1 sjalot
  • 1 rode peper

Saté lilit maken

We beginnen met het maken van het kruidenmengsel - de boemboe - voor de saté. Maak de peper schoon en verwijder de zaadlijsten. Snijd de peper fijn. Doe dit ook met de gember en de knoflook.

Doe alles in een vijzel en voeg de Javaanse suiker (goela djawa) en wat zout toe. Nu kan je aan de slag met de vijzel. Je kan het beste eerst een paar keer flink stampen en daarna pas gaan wrijven. Hierdoor komen de vezels los en wordt het een soort pasta.

Snijd de vis en garnalen grof en maal -door kort te pulsen- tot gehakt in een blender. Maal het niet te lang. 

Pak vervolgens 1 stengel citroengras, snijd het kontje eraf en de buitenste bladeren. Snij het citroengras heel fijn en laat het daarna meedraaien in de keukenmachine. Voeg nu ook de kruidenpasta die je net hebt gemaakt, toe aan de keukenmachine met het gehakt erin. Voeg hier "naar smaak" nog wat kokosrasp aan toe (je hebt misschien niet alle kokos nodig). 

In plaats van dat je de saté aan een stokje rijgt, kneed je het gehakt eromheen. Hier komt de naam lilit vandaan. Lilit betekent namelijk 'eromheen kneden'. Pak een serehstengel - citroengras - en snijd deze doormidden. Dit is je stokje en hier kneed je het gehakt omheen.

Bestrijk de satés met olie en rooster in een hete grill- of koekenpan rondom lichtbruin en gaar.

Zelf nasi goreng maken

Nasi goreng betekent eigenlijk gebakken rijst. Dat gaan we nu maken en daar hebben we eerst weer een "boemboe" voor nodig, een kruidenpasta. Deze gaan we ook zelf maken. 

Rooster het korianderzaad in de pan of koop gemalen korianderzaad in de supermarkt. Snijd een sjalot in drie stukken, deze gaat in de blender dus deze hoef je niet helemaal fijn te snijden. Doe er flink wat rode pepers in, dit wordt straks meegebakken en dan wordt het een stuk minder pittig. 

TIP: Houd je niet van pittig? Haal dan de zaadjes eruit door de peper in je handen te wrijven, de kop eraf te snijden en de pitjes boven een kommetje eruit te tikken. 

Dan voegen we nog "trassi" toe. Dit ruikt echt heel sterk, het is namelijk gefermenteerde garnaal. Het is lang houdbaar en eigenlijk onmisbaar in de oosterse keuken. Gebruik een halve theelepel en doe daarna de verpakking snel dicht en weg in verband met de geur.

Voeg vervolgens de knoflookteentjes, de koriander en een flinke snuf zout toe. Blend alles tot een pasta. 

Verhit wat olie in een wok en voeg de kruidenpasta -die je net hebt gemaakt- toe. Schep de (afgekoelde) gekookte rijst in de wok en roerbak tot alles warm is. Op het laatste moment voeg je nog wat doperwten toe zodat ze mooi groen blijven. 

Ketjap door de nasi hoort eigenlijk niet, dus serveer de ketjap er gewoon naast. 

TIP: vul de nasi goreng met een beetje varkensvlees of kip, garnalen, prei of geef er een gebakken spiegelei bij in plaats van de saté

Atjar maken voor erbij

Bij nasi hoort natuurlijk ook atjar. Dit kan je heel makkelijk zelf maken. Doe de suiker, het zout en de azijn in een schaal. Schaaf de komkommer in dunne plakjes en schep deze door het zoetzuur. Snijd de sjalot en voeg wat peper toe. 

TIP: Meng wat van het zoetzuur van de komkommeratjar met ketjap manis en geef dit als dipsaus bij de saté.

 

Wil je alle recepten van Hugo teruglezen? Klik dan hier!