De achtjarige zoon van Jessica is dikke mik met zijn vriendje, alleen gedraagt die laatste zich nogal heftig als ze voetballen. Jessica’s zoontje weet niet hoe hij hiermee moet omgaan.
Haar zoon zit er al een tijd mee in zijn maag, vertelt Jessica. "Dex zit op voetbal, in hetzelfde team met een heel goed vriendje. Maar dat vriendje verandert in een hellemonster zodra ze een wedstrijd spelen. Hij scheldt zijn teamgenoten uit, klaagt als hij de bal niet krijgt, loopt boos weg als het niet goed gaat en ga zo maar door. Dat bederft het spelplezier van mijn zoon en hij snapt het niet, want thuis spelen ze wel leuk samen. Wat kunnen we hieraan doen?"

Dat dit lastig is voor haar zoon kan kindercoach Janina Dubbeld van praktijk De Vuurtoren zich goed voorstellen. "Het is alsof zijn vriend twee gezichten heeft en dat is verwarrend. Er zijn verschillende manieren om hier afstand van te nemen. Allereerst mag je zoon weten dat het niet aan hem is hier iets aan te veranderen. Dit is iets dat zijn vriendje heeft op te lossen."
Voetbalveld als toneelstuk
"Vertel je zoon dat hij het gedrag van anderen niet kan veranderen, maar dat hij wel zelf kan leren hier minder last van te hebben. Dat is de eerste stap, dat geeft een beetje afstand. Soms helpt het om het beeldend te maken, bijvoorbeeld door hem te laten zien dat het voetbalveld een toneelstuk is en hij in het theater naar het stuk kijkt.
Vraag hem wat hij allemaal ziet en wat hij daarbij voelt. Wat zijn neiging is en zijn behoefte? En hoe hij het voor zichzelf leuker kan maken. Is er misschien iemand die hem kan helpen? Veel kinderen hechten aan harmonie, maar ze mogen leren hiervoor niet verantwoordelijk te zijn."
"Veroordeel het gedrag, niet de jongen."
Wat ook kan helpen, is je kind duidelijk maken dat het vriendje nog steeds zijn vriend is, wat hij ook voor gedrag laat zien bij voetbal, tipt Dubbeld: "Dat we allemaal verschillende kanten hebben en dat dit oké is en erbij hoort. Leg ook uit dat het vriendje dit niet expres doet. Waarschijnlijk voelt hij zich onmachtig om zijn frustratie op een andere manier te uiten, dit heeft hij echt nog te leren. Hij voelt zich waarschijnlijk rot, anders zou hij zich anders gedragen."
"Dus veroordeel het gedrag, niet de jongen. Dat lucht soms ook op en kan je zoon helpen zichzelf toestemming te geven om last te hebben van het gedrag zonder dat het de vriendschap in de weg hoeft te staan."
Wil je geen aflevering van deze rubriek missen? Klik dan op de Opvoedkwestie-tag hieronder en vervolgens links bovenin op 'Volgen'.