Ga naar de inhoud
Etiquette

De 5 spelregels van... het zwembad

Beeld © iStock

Het wemelt van de ongeschreven regels in het leven. Wetmatigheden die niemand je vertelt, maar waar iedereen een mening over lijkt te hebben. In deze rubriek nemen we iedere week een situatie of gelegenheid onder de loep: hoe heurt het daar eigenlijk? Dit zijn de vijf spelregels van het zwembad.

De situatie

Nieuwsjaarsduik of niet, het zwembad is een beste plek om die goede voornemens op beweeggebied in goede banen te leiden. Maar hoe zorg je nou dat je niet verdrinkt in alle ongeschreven zwemregels? Voormalig Olympisch zwemmer Madelon Baans geeft tekst en uitleg.

De spelregels

1. Richt je op rechts

De regels in het zwembad zijn net als in het verkeer. "Je gaat rechts heen en ook rechts terug", legt Olympisch zwemmer Madelon Baans uit. "Ga niet met je schoolslag in het midden hangen, want dan wordt het voor iedereen onoverzichtelijk." Klinkt logisch. Het is sowieso een kwestie van logisch nadenken om je niet bad in bad te gedragen. "Op straat duik je ook niet gauw voor iemand die net de weg op komt, dus doe dat in het zwembad ook niet."

2. Passeren kun je leren

Voor een beginner is een half uur al een behoorlijke uitputtingsslag, terwijl een getrainde zwemmer gerust een uur in het water ligt. Plus: niet iedereen zwemt even hard. Da’s logisch. Inhalen mag dus, maar zorg dat je niet nat gaat. "Eigenlijk is het net als op de snelweg. Je houdt rechts aan en inhalen doen we links. Zwem jij sneller dan degene voor je? Geef dan even een zacht tikje op de linkervoet. Let op, dit doe je niet herhaaldelijk, want dat is uiterst irritant. Maar een tikje betekent eigenlijk: 'Hee, ik kom je inhalen!' Let er wel op dat je ook echt in staat bent om in te halen. Krijg je zelf zo’n tikje op je voet, dan ga je dus niet versnellen, maar vertraag je juist een beetje en houd je zoveel mogelijk rechts om je in te laten halen."

De
Lees ook:
De 5 spelregels... langs de lijn

3. Overschat jezelf niet

Sta je daar, met je goede voornemens en je daadkracht, keurig om half 8 ‘s ochtends met je tenen over de badrand. Klaar voor een rondje rammen, blijkt er ineens een clubje pro’s in je baan te liggen. Kan gebeuren. Een goed zwembad geeft met bordjes aan wat de snelle baan is en wat de normale, maar je status hangt uiteindelijk af van de zwemmers op die dag. "Je bent misschien niet altijd de beste of de snelste in de baan. Dat geeft helemaal niets! Maar wees dus wel bereid je ego thuis te laten. Kies niet de snelste baan als je dat tempo niet kunt bijbenen. Ga niet in de borstcrawlbaan wanneer je deze niet goed genoeg beheerst. En laat je gewoon inhalen als iemand anders sneller is. Schuif liever een baantje op dan een baan terug."

4. Doe niet zo moeilijk over de douche

De lekkerste tijd om te zwemmen is ‘s ochtends vroeg, weet Baans. Je bent de dag meteen goed begonnen en vermijdt zo de drukke avondspits. Met je warme lijf onder de frisse douche is dan misschien niet het meest aanlokkelijke idee, maar zet je er even overheen. Nat word je toch. De andere badgasten zullen je er niet op aanspreken, maar hoe suf is het als de badmeester je alsnog even onder de sproeier maant. Gewoon even een plens voor de plons, oké?

De
Lees ook:
De 5 spelregels van... online daten

5. Wondje = weekje wachten

Nog even over die hygiëne. Ook daarvoor geldt: gebruik je gezond verstand. Plakte je een pleister over die snee in je vinger, of die geschaafde knie wacht dan gewoon een weekie. Van ronddrijvende pleisters (hoe watervast ze ook beloven te zijn) en losgeweekte korstjes wordt niemand gelukkig.