Nederlandse politici in Europa staan al tijden op de barricade om dieselauto’s milieuvriendelijker te maken. Vandaag besloten de lidstaten dat de maximale stikstofuitstoot niet omlaag gaat, maar juist verdubbelt. Huh? Dat klinkt onlogisch. Wat is er aan de hand?!
De Europese auto-industrie heeft afgelopen jaren ongelofelijk veel geïnvesteerd in de ontwikkeling van dieselpersonenauto's. De financiële belangen in de branche zijn dus enorm groot. Helaas komen we er langzaam maar zeker achter dat we daarmee op het verkeerde paard hebben gewed. "De Europese auto-industrie is een doodlopende weg ingereden, maar wil dat nog niet toegeven", zegt EU-parlementariër en scheikundige Bas Eickhout van GroenLinks.
Een dieselauto stoot gemiddeld minder CO2 uit per kilometer dan een vergelijkbare benzineauto. Dat klinkt heel goed, maar er is één groot probleem, legt Eickhout. "Deze soort auto’s stoten wél veel stikstofoxiden uit en dat is erg slecht voor de luchtkwaliteit. Als de uitstootnormen steeds strenger worden, loopt de industrie tegen zijn grenzen aan en dat is eigenlijk een hele pijnlijke conclusie."
Tegenstanders
Autolanden als Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk proberen daarom met man en macht hun industrie te verdedigen. Kort door de bocht gezegd kun je concluderen dat de gezondheidsbelangen geruild zijn tegen die van onze portemonnee, zegt de parlementariër.
In de plannen die het Europees Parlement heeft opgesteld, ligt de norm juist een heel stuk lager. De industrie zou nog wel aan die eisen kunnen voldoen, maar protesteert toch. Het gaat ze dan ook vermoedelijk niet zozeer om de exacte getallen, maar 'meer om de richting waar de besluitvorming heen gaat'.
