Ga naar de inhoud
Geld en Werk

Pensioenfonds ABP verhoogt premie: tientje meer per maand

Beeld © ANP

ABP, het pensioenfonds waar alle leraren en ambtenaren onder vallen, gaat volgend jaar de premies verhogen. De pensioenpremie gaat van 18,8 naar 21,1 procent en dat scheelt werknemers gemiddeld 11 euro netto per maand.

Het was al eerder naar buiten gekomen dat het grootste pensioenfonds van Nederland de premies zou gaan verhogen, maar vandaag maakt het ABP bekend hoeveel. De pensioenpremie ligt nu op 18,8 procent en gaat volgend jaar naar 21,2 procent. Dat heeft gevolgen voor 2,8 miljoen deelnemers.

In de praktijk betekent de verhoging dat de premie, die wordt betaald door werkgever (70 procent) en werknemer (30 procent), zorgt voor een verschil van een paar euro tot enkele tientjes per maand. Bij het gemiddelde maandinkomen van ABP-deelnemers - 3500 euro bruto - betekent dat voor de ambtenaren een verschil van 11 euro netto meer per maand.

Naast werknemers is ook de overheid door de hogere premies meer geld kwijt.

Dekkingsgraad veel te laag

Ook zullen de pensioenen de komende vijf jaar niet worden geïndexeerd: ze kunnen niet meegroeien met de inflatie. Het fonds zit in een te benarde financiële situatie om de prijsontwikkelingen te volgen, met een dekkingsgraad ver onder het vereiste niveau (92 procent). Pensioenen mogen pas verhoogd worden bij een dekkingsgraad van 110 procent of hoger.

De vooruitzichten voor de komende jaren zien er niet rooskleurig uit, laat het ABP meteen weten. Dat komt door een lage rente (en een lager rendement) en doordat mensen steeds ouder worden.

Verlaging van de uitkeringen

De verhoging van de premie staat los van het eventueel verlagen van de pensioenuitkeringen, waarop volgens het ABP een aanzienlijke kans is.

Aan het eind van het jaar wordt bepaald of de pensioenen moeten worden verlaagd, aan de hand van de dekkingsgraad.