Ga naar de inhoud
Geld en Werk

Opgeleid voor armoede? Salaris kan tegenvallen na deze studies

Beeld © ANP

Je verwacht het misschien wel bij studies als culturele antropologie en theologie: een niet al te riant salaris na je afstuderen. Maar een salaris onder het minimumloon na jaren zwoegen op een studie internationaal recht?

Uit de Keuzegids Universiteiten, die vanochtend uitgekomen is, blijkt dat afgestudeerden op internationaal recht toch écht in het rijtje met beroepen staan met de meeste 'crepeergevallen'. Een jaar na hun afstuderen heeft 13 procent van hen op fulltime basis een bruto-inkomen onder de 900 euro per maand - onder bijstandsniveau - en 27 procent minder dan 1537 euro per maand - het minimumloon. 

"Gemiddeld gezien verdient iemand die internationaal recht heeft gestudeerd prima, meer dan 2300 euro bruto per maand. Maar wat opvalt, is een scherpe tweedeling. Er zijn veel afgestudeerden die goed verdienen, maar ook een flinke groep die minder dan het minimumloon verdient, meer dan een kwart", vertelt directeur van Centrum Hoger Onderwijs Informatie Frank Steenkamp.

Werken bij een ngo

Dat komt volgens hem doordat juristen die in deze sector naast een mooie baan grijpen, zich blijkbaar vaak laten verleiden tot een langdurige werkervaringsplek of bij een NGO gaan werken. "Dat geldt met name voor de mensenrechtenvarianten van internationaal recht. In andere beroepen zie je natuurlijk ook dat mensen op werkervaringsplekken terechtkomen of minder verdienen doordat ze gedwongen freelance werk doen of in een flexcontract werken. Maar daar is het aantal mensen dat voor heel weinig werkt niet zó groot."

Een hele reeks andere studies leidt studenten ook op tot een onzeker financieel bestaan. Hoog op de 'crepeerindex' van de Keuzegids prijken naast internationaal recht onder andere ook kunst- en cultuurstudies (15% verdient onder bijstandsniveau), culturele antropologie (15%), aardwetenschappen & milieukunde (12%), regioculturen (11%), theologie & levensbeschouwing (10%) en politicologie (10%).

Meer stages en voorlichting nodig

Dat is een kwalijke zaak, vindt Steenkamp, die pleit voor meer onderzoek en voorlichting door universiteiten. "Het lot van afgestudeerden heeft weinig prioriteit bij universiteiten. Er wordt geen goede voorlichting gegeven over de variatie aan beroepen die je na je studie kunt doen, en de arbeidskansen die je daarbij hebt. Ja, er worden succesvoorbeelden genoemd: je kunt met deze studie ook premier van Nederland worden. Maar dat zijn de uitzonderingen. Begrijp me niet verkeerd, niet iedereen hoeft te gaan voor een glanzende carrière, maar voorlichting zou wel moeten gaan over zekerheid én onzekerheid."

Daarnaast zou het voor universitaire studenten goed zijn om meer toegang te hebben tot relevante stages, zegt hij. "Universiteiten willen geen hbo worden, dus halen daar vaak hun neus voor op. Maar bij studies als geesteswetenschappen zou het de arbeidskansen van studenten flink kunnen verbeteren."

Groot onderscheid alfa en bèta

Wat verder opvalt in de salariscijfers van net afgestudeerden, is dat er een groot verschil bestaat tussen bèta's en alfa's/gamma's. Dat is grofweg de tweedeling tussen beroepen als technici, economen, fysici en chemici, en anderzijds taalkundigen, psychologen en criminologen.

Bèta's hebben na hun studie de banen voor het uitkiezen (97 procent vindt snel betaald werk), maar bij de alfa's en gamma's is dat 85 procent. En wie wél werkt, werkt vaak parttime of op een tijdelijk contract. Techneuten verdienen bovendien beduidend meer: gemiddeld 3000 euro bruto versus zo'n 2000 euro. 

'Straks betere tijden voor alfastudies'

Steenkamp verwacht wel dat de tweedeling tussen deze twee groepen minder scherp gaat worden. "Als je de klassieke tweedeling van nu ziet, dan ben je geneigd te denken dat het altijd wel zo zal zijn. Maar het is een slingerbeweging. Nu roept de industrie dat iedereen techniek moet studeren, maar het kan goed zijn dat we al die mensen over een paar jaar niet zo hard nodig hebben."

Het beeld van nu past bij een net herstelde economie, legt hij uit. "Je ziet dat bedrijven eerst weer in harde zaken investeren. Maar het is gebruikelijk dat, als de economie langer bloeit, er meer ruimte komt voor dingen die we leuk vinden, zoals cultuur en sociale voorzieningen. Het is zelfs mogelijk dat de verhoudingen tussen alfa en bèta over vijf jaar deels omgekeerd worden."

Beste kansen met deze studies

Wil je wél meteen een lekker salaris verdienen na je afstuderen, dan sta je er het beste voor met een diploma in de tandheelkunde (bruto maandsalaris 5330 euro), international business (3260 euro), geneeskunde (3140), informatiekunde (2990 euro), fiscaal en notarieel recht (2970 euro) en kunstmatige intelligentie (2960). 

Snel een baan heb je met een studie in de gezondheidszorg: afgestudeerden in tandheelkunde, geneeskunde en farmacie hebben na een jaar bijna allemaal een baan op niveau. Ook econometrie, natuur- en sterrenkunde en elektrotechniek doen het goed.