De nabestaanden van de verdwenen Surinaamse studente Sumanta Bansi (22) zijn overgekomen naar Nederland om vandaag en 7 juni de rechtszaak bij te wonen die draait om de verdwijning van hun dochter.
"Ze zijn vrijdag geland vanuit Suriname en enorm emotioneel"
Hoofdverdachte Manodj B. en zijn vader Dwarka staan terecht in de rechtbank van Alkmaar. Bansi verdween begin 2018, vermoedelijk in de omgeving van Hoorn, al is van haar lichaam nog altijd geen spoor gevonden. Ondanks meerdere zoekacties in Noord-Holland.
Priya Soekhai, de advocaat van de nabestaanden, zegt dat het volgen van de zittingen ontzettend zwaar voor hen zal zijn. "Ze zijn vrijdag geland vanuit Suriname en enorm emotioneel. Ze hebben mixed feelings: ze wilden per se de zittingen bijwonen, maar het is ook het grondgebied waar hun dochter om het leven is gebracht."

Het Openbaar Ministerie (OM) verdenkt Manodj B. ervan Bansi opzettelijk van het leven te hebben beroofd door toepassing van geweld en het lichaam te hebben weggemaakt om de oorzaak van het overlijden te verhullen. Zijn vader zou er weet van hebben gehad. Begin dit jaar maakte het OM bekend dat de broer en partner van Manodj niet langer vervolgd worden. Het OM zag te weinig bewijs voor hun betrokkenheid en seponeerde hun zaak.
De ouders krijgen nog een gesprek met het OM en zitten vol met vragen, zegt Soekhai. Bijvoorbeeld waarom pas maanden na haar verdwijning naar Sumanta is gezocht en waarom de twee medeverdachten niet meer worden vervolgd. Maandag zullen zij hun spreekrecht uitoefenen in de rechtbank. Op 7 juni zal het OM met de strafeisen komen.

Manodj B. en zijn familieleden zijn na een uitzending van Opsporing Verzocht in mei 2019 over de verdwijningszaak afgeluisterd. In de gesprekken tussen vooral Manodj en zijn broer Dennis wordt gesproken over 'Ik heb haar gewoon vermoord', en 'Ik heb haar dwars door haar hart (..)'. Ook bespreken de broers dat hun vader Dwarka 'zijn klepper moet houden', omdat hij de zwakste schakel zou zijn.
Ze zouden chemicaliën hebben gestolen bij zijn werkgever, mogelijk om daarmee het lichaam te laten oplossen. In de nacht dat Bansi vermoedelijk verdween, staat de telefoon van Manodj anderhalf uur uit. In beide gegevens ziet Justitie ook bewijs van betrokkenheid.
Bansi woonde bij het Surinaams-Hindoestaanse gezin in, maar was voor de tweede keer zwanger van Manodj. De eerste zwangerschap moest ze gedwongen afbreken. De tweede keer wilde ze het ongeboren kindje houden, liet ze aan meerdere mensen weten, waardoor volgens het OM de familie-eer van de familie B. in het geding kwam. De familie van Bansi hoopt nog altijd dat haar stoffelijke overschot wordt gevonden.