Jaarlijks raken er in Nederland zo'n 40.000 volwassen personen vermist. Zo'n 80 procent daarvan wordt binnen enkele uren gevonden, blijkt uit cijfers van de politie. Ongeveer 1400 volwassenen zijn op dit moment langdurig – dat wil zeggen: langer dan een jaar – spoorloos. Een daarvan is de 42-jarige Johan de Bruijn, die vandaag precies negen maanden geleden verdween. Wat gebeurt er bij dit soort langdurige vermissingen?
Sinds de vermissing van Johan leeft zijn Mien Omlo in een nachtmerrie. "Hij was bij een vriend en zei dat hij naar mij ging. Maar hij is nooit aangekomen", vertelt ze aan Editie NL.
Inmiddels is het negen maanden later en ontbreekt van Johan nog steeds elk spoor. "Je weet niet waar je moet zoeken. Waar moet je beginnen? Nederland is klein, maar als je moet zoeken ineens heel groot."
Sterke band
Zij en Johan hadden een goede band. "We belden elkaar dagelijks. Elke zaterdag waren we samen. Dan gingen we lekker naar Rotterdam of Den Haag. We waren aan elkaar verknocht. Johan was een perfecte jongen. Hij deed alles wat hem werd gevraagd. Al was hij daarin ook wel een beetje naïef."
Langdurige vermissingen
De eerste uren na een vermissing zijn heel belangrijk, vertelt voormalig recherchechef Sander Schaepman. "Daarna ga je kijken naar indicaties en onderliggende redenen voor de verdwijning." In het onderzoek van de politie wordt eerst gekeken of er sprake is van een misdrijf. "Als dat niet het geval lijkt, kan het nog steeds zijn dat de persoon gezocht wordt om het uit te sluiten."
Opgeloste vermissingen
Dat iemand langere tijd vermist is, wil niet zeggen dat de kans is uitgesloten dat hij of zij gevonden wordt. Dat bewijzen deze voorbeelden:
- Een 15-jarige jongen uit Heerhugowaard was ruim twee maanden vermist, toen hij in goede gezondheid werd gevonden door de politie.
- De 44-jarige Fiona uit Emmen werd gevonden na ruim een halfjaar vermist te zijn geweest.
- De 17-jarige Floor en de 13-jarige Mees uit het Limburgse Werres werden na zeven jaar vermissing zelfs nog gevonden.
Alleen het feit dat iemand lang weg is zonder spullen mee te nemen, is voor de politie niet direct een teken van een onvrijwillige verdwijning. "Daar moeten echt bewijsstukken voor zijn", zegt Schaepman. "Bijvoorbeeld een ooggetuige of glasscherven op de plek van vermissing. Zonder bewijs is er geen reden om het dure politieapparaat met de zoektocht te belasten. Hoe verschrikkelijk dat ook is voor de mensen die achterblijven."

Eigen initiatief
In sommige gevallen is het de keuze van de vermiste persoon zelf. "Het gebeurt niet zelden dat mensen denken: krijg de rambam, ik vertrek naar St. Tropez. Of dat slim is, is natuurlijk de vraag. Maar het kan wel. Het is ook weleens voorgekomen dat we de ze hebben gevonden, maar dat ze geen contact meer willen met familie."
Wat er met Johan is gebeurd blijft een mysterie. Van één ding is zijn moeder overtuigd: "Hij is niet uit zichzelf vertrokken. Dat geloof ik niet."