Een overleden dier dat door de tuin loopt of fluisterende stemmen in de slaapkamer: uit nieuw onderzoek van een promovendus op het Erasmus MC blijkt dat twintig procent van de 10-jarigen weleens hallucineert. Thom kan erover meepraten. "Ik dacht heel lang dat iedereen dit soort dingen zag."
Een op de vijf kinderen van 10 jaar hallucineert – dat wil zeggen: zij horen stemmen of zien dingen die er niet zijn. Onder de 14-jarigen gaat het om tien procent. Dat blijkt uit het onderzoek waar Lisa Steenkamp deze week op promoveerde.
Geen controle
Zulke hallucinaties komen en gaan zonder dat het kind ze oproept. "Vaak zijn het schimmen in de ooghoeken, stemmen of dieren en mensen", legt Steenkamp uit. Ook zien kinderen vaak objecten, voelen zij aanrakingen of horen ze stemmen. "Denkbeeldige vriendjes zien we niet als hallucinaties, omdat het kind hier controle over heeft."

Thom heeft er ervaring mee. "Mijn hallucinaties begonnen aan het einde van de basisschool. Ik was net 11. Er was een tijd dat ik goudvis door de lucht zag zwemmen", vertelt hij aan Editie NL. "Ik zag ook personages langs vliegen van de tv-serie waar ik fan van was." Later zag hij vaak dode dieren op de grond liggen. "Soms hingen ze ook in de bomen."
Oudere kinderen
Bij de meeste kinderen verdwijnen de waanvoorstellingen als ze ouder worden. Zo had tachtig procent van de hallucinerende jongeren van het onderzoek op 14-jarige leeftijd nergens meer last van.
Groter risico op hallucinaties
Uit het onderzoek bleek ook dat er risicofactoren zijn die ervoor kunnen zorgen dat kinderen gaan hallucineren. Kinderen die gepest worden, sociaal buitengesloten worden of traumatische ervaringen hebben gehad, hebben een verhoogd risico.
Bron: Erasmus MC
Hoewel Thom inmiddels 22 is, hallucineert hij nog steeds. "Er hangt standaard een man over me heen. En een bliksemschicht om mijn arm. Af en toe hoor ik voetstappen en geknetter van bliksem", vertelt hij.
Hij heeft er pas rond zijn zestiende voor het eerst over gesproken. "Ik wist eerst niet dat anderen dit niet hadden. En ik had er als kind nooit echt last van. Ik was niet bang voor de hallucinaties."
Normaliseren
Het is belangrijk dat deze ervaringen genormaliseerd worden, vindt Steenkamp. "Er moet meer over gesproken worden. Kinderen durven het vaak niet te zeggen omdat ze bang zijn dat het gek is. Ouders kunnen er daarom het best zelf naar vragen. Sommigen hebben geen idee dat hun kind hier last van heeft."

Hallucinaties zijn voor de meeste kinderen onschuldig, maar kunnen wel een teken zijn van grotere problemen. "Als het kind verder normaal functioneert is er meestal niets aan de hand. Maar het hangt af van de persoon en de context", zegt Steenkamp.
Thom kan er zelf goed mee leven. "Ik heb inmiddels manieren gevonden om ermee om te gaan. Zoals aan mijn omgeving vragen of zij op dat moment ook iets zien of horen."