Zes jonge raven op de Veluwe zijn voorzien van een gps-zender. Er wordt voor het eerst in Nederland gekeken hoe deze dieren zich gedragen en of ze samenwerken met wolven. In de Verenigde Staten is al eerder aangetoond dat deze twee diersoorten een bijzondere band hebben.
"Bij wat ik nu ga vertellen, fronsen sommige mensen de wenkbrauwen", vertelt Hans de Vos Burchart van Ravenwerkgroep Nederland. "Uit onderzoek blijkt dat raven een bepaald geluid maken en hun vleugels zo positioneren dat het net lijkt alsof ze wijzen. Ze wijzen naar een zwakkere prooi en dat pikt de wolf op", zegt hij tegen EditieNL.
De wolf doodt vervolgens de prooi en eet de hardere delen, zoals de spieren. Ook maakt de wolf een soort ingang in het lichaam. "Een raaf kan immers nooit zelf een kadaver eten dat intact is. De wolf laat de zachte delen, zoals de ingewanden en de tong liggen voor de raaf."
Andere dieren, zoals jakhalzen, jaagt de wolf weg. De raaf mag zijn gang gaan. "Ze tolereren elkaar. Die interactie tussen aaseter en zoogdier komt niet vaak voor en is dus echt bijzonder."
Gps
Met behulp van een gps-zender wordt gekeken hoe zes jonge raven in Nederland zich bewegen. De wolven hebben daarentegen geen gps. "Als we de raven in beeld hebben gebracht, gaan we er zelf naartoe of we plaatsen een wildcamera. Als ze een kadaver eten dat is gevangen door een wolf, dan wijst dat mogelijk op een samenwerking."
Terug in Nederland
Halverwege de vorige eeuw is de raaf uit Nederland verdwenen – voornamelijk als gevolg van vervolging door jagers. Na herintroductie met raven uit Duitsland, waren in de jaren '70 de eerste succesvolle broedgevallen op de Utrechtse Heuvelrug en de Veluwe. Begin 2000 is de raaf in Nederland in de lift gekomen.
De wolf is sinds kort weer terug in Nederland, na 150 jaar afwezigheid. Nu beide dieren aanwezig zijn, zijn de onderzoekers benieuwd of ze elkaar ook in Nederland van dienst zijn.
Samenwerken
Raven en wolven zouden niet de eerste diersoorten zijn die elkaar helpen in de Nederlandse natuur. Zo zitten er op de rug van de Konik-paarden vaak spreeuwen en eksters. Zij eten parasieten op, waardoor de paarden minder jeuk hebben. Bovendien liften de vogels mee met de paarden. Ook zijn er vogels, waaronder koolmezen, die haren uit paarden trekken voor hun nest.

Onderzoeker Loek Kuiters van de Wageningen University & Research kent nog meer voorbeelden. "Een kleine grazer zoals het konijn houdt van kortgrazige vegetatie die soortenrijk en kruidenrijk is. Grotere dieren zoals runderen en paarden zorgen er door te grazen voor dat de begroeiing aantrekkelijk is voor het konijn."
Ook is er samenwerking tussen schimmels en algen of blauwwieren. "Daarbij leveren de algen of blauwwieren via fotosynthese glucose aan de schimmel. Die zorgt op zijn beurt weer voor de juiste groeiomstandigheden voor algen en blauwwieren", aldus Kuiters.
Baviaan en olifant
Bioloog Stijn Berger van Safaripark Beekse Bergen ziet het ook het in de dierentuin, bijvoorbeeld bij de baviaan en de olifant. "Als een olifant heeft gepoept, gaat de baviaan de drol uitpluizen. Gisteren hebben de olifanten hooi gehad, en daarin zitten allemaal kleine zaadjes die de olifant niet verteert. Dat is weer mooi eten voor de bavianen. De een z'n afval, is de ander z'n brood."