Ga naar de inhoud
Hans Stegeman

Waarom 2021 het jaar wordt van de klimaattransitie

Ik begon me er de afgelopen jaren steeds meer zorgen te maken of die klimaattransitie er nog ooit van zou komen. Alles ging de verkeerde kant op: niet minder, maar meer uitstoot van broeikasgassen, verzet tegen het minste of geringste klimaatplan, en presidenten die als klimaatveranderingontkenwappies met hun beleid totaal de verkeerde kant op gingen.

Niet zo raar dus dat de VN onlangs rapporteerde dat er een enorm gat zit tussen de ambities van het Klimaatakkoord van Parijs en de verwachte CO2-uitstoot de komende jaren.

Maar als de wanhoop groot is lijkt de redding dichterbij dan eerder gedacht. Wellicht was ik gewoon niet geduldig genoeg. Aan het einde van een coronajaar kan ik niet anders dan constateren dat de tekenen voor een ingrijpender klimaattransitie aanmerkelijk beter zijn dan een jaar geleden. Zowel de politiek als de financiële markten lijken er, onder de radar van de coronapandemie, nu echt klaar voor.

Politiek is nooit een rechte lijn. De vergezichten zijn prachtig voordat men aan de macht komt; eenmaal aan de macht blijkt regeren het besturen van een mammoettanker met een bemanning die zo haar eigen ideeën over de te volgen koers heeft.

Desalniettemin zijn de mammoettankers Europa en China het afgelopen jaar toch een duurzamer kant op gaan varen: China wil broeikasgas-neutraal zijn in 2060 en Europa wil in 2050 klimaatneutraal zijn.

Nu lijkt het er ook nog op dat begin 2021 de koers van de Verenigde Staten 180 graden draait: onder president Biden - ik ga ervan uit dat Trump eieren voor zijn geld kiest en het Witte Huis op 21 januari zal verlaten - sluiten de VS  zich opnieuw aan bij het Klimaatakkoord van Parijs.

In Nederland gaat het al een tijdje nauwelijks over het Klimaatakkoord. Maar toch, ook bij ons worden stiekem stapjes gezet, bijvoorbeeld met de invoering, volgend jaar, van een bescheiden vliegtaks. En ook de Nederlandse captains of industry gaan steeds meer inzien dat verduurzaming geen keuze maar de enige optie is.

De politieke mammoettanker verlegt dus écht langzaam de koers. Nu alleen nog snel de fossiele lading vervangen.

Dat deze koerswijziging echt serieus wordt genomen, is wellicht nog niet direct zichtbaar in het dagelijks leven. Waar het echter wel heel goed zichtbaar is, is op financiële markten.

Het Europese emissiehandelssysteem (EU-ETS) liet recent weer een prijs noteren van meer dan 31 Euro per ton CO2  een hoogterecord sinds 2006.

Een wellicht nog interessantere beweging was die van beurskoersen. 'Big oil' daalde per saldo 36 procent in waarde sinds het begin van 2020. Dit werd treffend geïllustreerd door de vervanging van Exxon Mobil, het grootste oliebedrijf ter wereld, door softwarebedrijf Salesforce in de Dow Jones, de index van de dertig belangrijkste Amerikaanse bedrijven.

De door coronacrisis ingestorte olieprijs droeg daar natuurlijk aan bij. Maar dat is niet het hele verhaal. Alle grote oliebedrijven schreven flink af op hun investeringen en bereiden zich voor op een echt andere wereld: 2020 was het jaar van 'peak-oil'.

De grootste beursgenoteerde hernieuwbare energiebedrijven lieten dan ook een exact andere ontwikkeling zien. Zij stegen in waarde met maar liefst 136 procent sinds begin van dit jaar.

Het is duidelijk waar financiële markten op voorsorteren: een transitie.

Toch blijft de vraag: is dit alles genoeg? Zeker niet! De CO2-prijzen moeten mondiaal gelden en daarbij nog veel hoger zijn. Pas richting de 100 euro komt een transitie pas echt ook gang. En gaan de beleidsmakers snel genoeg? Ook niet. We moeten heel veel haast maken om nog in de buurt te komen van het Akkoord van Parijs.

Gelukkig hebben transities de neiging zich exponentieel te ontwikkelen. Dus laten we 2020 optimistisch afsluiten. Niet meer wanhopen, maar hopen op een exponentiële versnelling van de klimaattransitie. En daar dan ook weer niet helemaal gerust op zijn.

Ik wens u een fijne jaarwisseling toe.