Bij een aantal pensioenfondsen wordt de premie die werkenden en werkgevers betalen dit jaar verhoogd. Dat is nodig om te compenseren voor de lage rente. De maatregel gaat in tegen de wens van minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Die gaf pensioenfondsen eind vorig jaar ademruimte: eerder aangekondigde strenge regels worden een jaar later pas ingevoerd. Dankzij dit plan hoefden veel minder pensioenfondsen te korten op de uitkeringen dan als de regels wel van kracht waren geworden.
Dat was goed nieuws voor een grote groep gepensioneerden, die anders een lager pensioen hadden gekregen dit jaar. Kortingen zouden het vertrouwen in het pensioenakkoord, dat vorig jaar zomer werd gesloten, hebben ondermijnd en dus versoepelde Koolmees de regels.
Hij deed daarbij ook de oproep aan fondsen om de premies niet te verhogen, om werkenden en bedrijven net als gepensioneerden ook te ontzien.
Oproep Koolmees genegeerd
Bij de helft van 48 bedrijfstakpensioenfondsen blijkt Koolmees' oproep aan dovemansoren gericht, meldt het Financieele Dagblad op basis van eigen onderzoek. Deze fondsen verhogen de premie dit jaar, of verlagen het uiteindelijke pensioen waarvoor gespaard wordt.
De stijgingen zijn niet mals: in de bouw gaat het om 10 procent, in de glastuinbouw en bloembollenteelt met 13 procent en voor bedrijven die bij het Zoetwarenpensioenfonds zijn aangesloten stijgt de premie met 12 procent.
Het gaat om fondsen waar bij elkaar opgeteld ongeveer 600.000 werknemers zijn aangesloten. De grootste pensioenfondsen zitten er niet bij, van de grootste tien verhogen alleen die voor de bouw en landbouw dit jaar de premie.
