Vrijheden verraden door een verbond met NIDA
Terwijl in Rotterdam het linkse verbond met de politieke islam in stukken viel, galmde in Amsterdam de hartekreet na van journaliste Zineb El Rhazoui: 'trap er niet in!'. Jammer genoeg was het eerste geen gevolg van het tweede. De verliefdheid van seculiere politici voor de islam is misschien even bekoeld, maar de liefde is nog lang niet over.
Zineb El Rhazoui is de journaliste die de islamitische terreuraanslag op de redactie van het blad Charlie Hebdo in 2015 overleefde. Dankzij het toeval van haar afwezigheid. Zij toert door Europa met de ontembare moed om te zeggen wat er gezegd moet worden.
In haar geval is dat het waarschuwen voor het oprukkend islamisme. In haar woorden een totalitaire ideologie verpakt als godsdienst van een culturele en religieuze minderheid. Een die individuele vrijheden vertrapt en die seculiere en liberale moslims in het Westen intimideert.
Cruciaal voor de groeiende invloed van dit 'islamitisch fascisme' zijn volgens Zineb El Rhazoui de hand- en spandiensten van de linkse en rechtse elites in Europa. Politici, wetenschappers en journalisten die excuses aandragen voor kinderen met hoofddoeken, voor burka's, voor de minderwaardige behandeling van vrouwen, voor de vijandigheid jegens homo's, voor antisemitisme en voor terreuraanslagen.
In het Westen heeft iedereen de vrijheid om z'n eigen vrienden en partner uit te kiezen, de kleren te dragen die we willen, te geloven áls we dat willen, te leven naar de geaardheid die we hebben en onze toekomst zo goed als dat gaat zelf uit te stippelen.
We komen op voor deze rechten, voor onszelf en voor een ander. Maar voor moslims zijn we bereid een uitzondering te maken 'uit respect voor hun geloof'. Europeanen maken ruimte in de eigen principes en rechtsregels voor de collectieve dogma's die miljoenen moslims in Europa gevangen zet. Aldus Zineb El Rhazoui in haar pamflet 'Vernietig het islamitisch fascisme'.
Naast de excuses en het wegkijken is er nog een derde handreiking waar de islamisten in Europa van op aankunnen. Dat is het toenemend bereik van term 'islamofobie'. Hieronder valt niet alleen het discrimineren op grond van iemands religieuze afkomst – hetgeen een misdrijf is – maar ook kritiek op de islam als godsdienst. Dat laatste is nog geen misdrijf, maar het scheelt niet veel.
De behandeling van critici door de islamisten zelf is door de jaren heen intimiderend genoeg geweest. De meesten critici bedenken zich wel twee keer voor ze hun mond open doen. De prijs die Zineb ervoor betaalt is die van meest bedreigde vrouw van Frankrijk.
De grote vraag is of de Europese politici, wetenschappers en journalisten de ogen en oren open hebben voor de noodkreet van deze vrouw? Een aantal zeker wel, maar Zineb El Rhazoui is niet de eerste die de ingedutte goegemeente eens flink in het gezicht slaat.
De rij is lang. Van imams tot integratiedeskundigen. Van islamologen tot documentairemakers. Van wetenschappers tot ex-gelovigen. De Europese elites dommelen verder.
Er bestaat een hardnekkige neiging om de waarschuwingen waar deze mensen ons mee lastigvallen te bagataliseren of af te doen als angstzaaierij. De klokkenluiders worden niet zelden uitgemaakt voor racist, xenofoob of - natuurlijk - islamofoob. In de hoop hen de mond te snoeren, opdat de rust zal wederkeren.
Groot liefhebber van deze rust is tijdelijk burgemeester van Amsterdam, Jozias van Aartsen. Bij de, soms gewelddadige, overnames van Amsterdamse moskeeën door salafisten zien we Van Aartsen nog altijd wegdromen over een kwetsbare religieuze minderheid, die om een uitgestoken hand verlegen zitten.
En de voorheen progressieve politici in Amsterdam en Haarlem verzetten zich tegen een postercampagne voor vrije partnerkeus, om het patriarchaat in de moslimcutuur niet voor de voeten te lopen.
Maar is het einde van de linkse samenwerking met NIDA in Rotterdam dan geen teken van seculiere bezinning? Nee, dat is het niet. Alleen SP-fractievoorzitter Lilian Marijnissen was van het begin af aan helder over het onverenigbare van linkse vooruitstrevendheid en de politieke islam.
NIDA spreek over 'het misbruik van de scheiding tussen kerk en staat' en wil de aanwezigheid van de islam in de publieke ruimte vergroten. Ruimte voor bezinning in het openbaar. Dat betekent biddende moslimmannen in de publieke ruimte. Dat staat haaks op het seculiere principe dat godsdienst een privézaak is voor achter de voordeur.
Marijnissen ziet dat, maar het ontbreekt haar nog aan centraal gezag, om de afdeling Rotterdam tot de orde te roepen. Ook na NIDA's vergelijking van Israel met Islamitische Staat.
Maar Klaver en Asscher gaven groen licht voor het verbond tussen links-progressieve krachten en een conservatief-religieuze partij, die fundamentele bezwaren heeft tegen de seculiere samenleving en individuele grondgrechten veracht.
Die verbinding hebben GroenLinks, PvdA en de SP-Rotterdam echt gewild. Daar doet één verkeerde tweet van NIDA niets aan af.