Als je aandelen, bitcoin of een huis koopt wil je niet de boot missen, maar anderzijds wil je ook weer niet instappen wanneer er een zeepbel is. Maar wanneer is daar eigenlijk sprake van?
Wij Nederlanders hadden de primeur: tussen 1634 en 1637 had je namelijk de zogeheten Tulpenmanie. Er werd destijds gespeculeerd in tulpenbollen, waarvoor uiteindelijk enorme bedragen werden neergelegd.
Op een gegeven moment was één tulpenbol zelfs net zo veel waard als een Amsterdams grachtenpand, totdat de zeepbel knapte. Sindsdien zijn er nog veel meer zeepbellen geweest, zoals die rond de South Sea Company en meer recent de techbubbel van eind jaren 90.
Grond in Japan
En aan het begin van de jaren 90 waren de grondprijzen in Japan zo ver gestegen, dat de grond onder het keizerlijk paleis in Tokio even net zoveel waard was als alle grond in Californië. Ook dat liep uiteindelijk niet goed af.
Vandaag de dag heb je bitcoin, waarvan de koers in 2017 opliep van 960 dollar tot even boven de 20.000 dollar, om daarna weer terug te vallen tot 3.200 dollar. Vorige week was de bitcoin weer even 13.700 euro waard. En juist dat laatste druist in tegen de klassieke wetten van de zeepbel.
Klassieke zeepbel
"Een klassieke zeepbel loopt leeg om daarna niet meer op hetzelfde niveau terug te keren", zegt Roelof Salomons, hoofdstrateeg bij Kempen Capital Management en tevens hoogleraar beleggingstheorie en vermogensbeheer aan de Universiteit van Groningen.
Of bitcoin een zeepbel is? Als mensen hun huis verkopen en alles in bitcoin stoppen, dan heb je wel een klassieker te pakken, maar misschien moet de echte zeepbel nog komen, stelt Salomons.
Pas achteraf
Of je hebt te maken met een zeepbel weet je pas achteraf, zegt RTL Z-beurscommentator Hans de Geus. Er is volgens hem ook alleen sprake van een zeepbel in de ogen van de beschouwer. Misschien zijn er nog steeds mensen die in tulpenbollen geloven, zegt hij.
Bovendien kunnen de omstandigheden snel veranderen. "Stel dat er morgen een oorlog uitbreekt en we gaan allemaal met bitcoins betalen, dan is er dus weer geen sprake van een zeepbel", aldus De Geus.
Zeepbel: twee maatstaven
Bij het bepalen of er sprake van een zeepbel is, zijn er volgens Salomons twee maatstaven. Ten eerste gaat op een gegeven moment de prijs exponentieel stijgen.
Daarbij is lastig te zeggen hoeveel 'exponentieel' precies is, zegt de hoogleraar desgevraagd. Maar hij wijst op de stijging van de prijs van tulpenbollen: voor een goedkope variëteit werd in 1636 nog 20 gulden betaald en in 1637 1200 gulden.
Rationeel of irrationeel
De Nasdaq-index, met veel techbedrijven, steeg trouwens in eind 1999/begin 2000 in vijf maanden tijd met 80 procent en bitcoin ging in november/december 2017 in vier weken tijd 2,5 keer over de kop.
Maar er is bij een enorme stijging van de prijs pas sprake van een zeepbel als er een irrationeel aspect aan zit, voegt De Geus hier aan toe. Zo is de koers van Amazon de afgelopen jaren flink opgelopen, maar de waarde van die onderneming is ook gestegen.
Waardering
De tweede maatstaf om te kijken of er een zeepbel is, is de waardering, aldus Salomons. Als de koerswinstverhouding te veel stijgt ten opzichte van het langetermijngemiddelde, dan gaat het te hard.
Zeepbellen vind je vaak in beleggingen waarvan het lastig is om de onderliggende waarde te bepalen, aldus Salomons. Bij tulpenbollen is die onderliggende waarde weinig, bij bitcoin is het nog maar de vraag wat deze is en de techbubbel van eind jaren negentig was het lastig, omdat veel van die bedrijven verlies leden, zegt hij.
Ook werden er in die techhype alternatieve waarderingen geïntroduceerd, zoals het aantal 'clicks per eyeball'. Een klassieke zeepbel, zo concludeert Salomons.
'Ander betaalt straks meer'
Tot slot zit er bij een zeepbel vaak ook hebzucht achter, zegt Peter Boelhouwer, hoogleraar Huizenmarkt aan de TU Delft. Mensen kopen iets omdat ze denken dat het in waarde gaat stijgen, terwijl dat niet goed wordt onderbouwd door de intrinsieke waarde.
Je koopt iets dat eigenlijk minder waard is, maar je denkt dat anderen er later meer voor willen betalen, aldus Boelhouwer.
Huizenmarkt
Op de woningmarkt staat nu tegenover grotere vraag geen evenredige toename van de bouw van woningen. Maar dat op zich leidt niet tot een zeepbel, aldus Boelhouwer.
Wat volgens hem wél tot speculatie leidt is dat sommige beleggers meerdere woningen kopen, om die te verhuren, maar ook omdat ze denken dat de huizenprijzen zullen stijgen.